Slechts een op de tien Nederlanders zegt altijd gemakkelijk een toilet te kunnen vinden. Daar staat tegenover dat maar liefst dertig procent van Nederlanders vindt dat zijn of haar levenskwaliteit lijdt onder het gebrek aan openbare toiletten in stads- en dorpscentra en in natuurgebieden. Bijna een kwart van alle mensen blijft soms of regelmatig thuis, uit angst om geen toilet te vinden wanneer men op pad is. Het zijn resultaten uit een onderzoek onder ruim duizend Nederlanders, uitgevoerd door Peil.nl/AnalitiQs in opdracht van de Maag Lever Darm Stichting en de Toiletalliantie.

Juist tijdens de coronapandemie werd zichtbaar hoe afhankelijk bezoekers in steden en dorpen zijn van openbare toiletten. De Toiletalliantie ontving veel signalen van horecaondernemers die wel een koffie ‘to go’ mochten verkopen, maar risico liepen op een hoge boete wanneer ze klanten naar de wc lieten gaan. ‘Deze resultaten zijn flink negatiever dan we hadden verwacht’, stelt Bernique Tool, directeur van de Maag Lever Darm Stichting en oprichten van de Toiletalliantie. ‘We weten al uit eerder onderzoek dat het gebrek aan toiletten meer dan de helft van de buik- en blaaspatiënten soms regelmatig thuishoudt. Dit onderzoek bevestigt dat nog maar eens.’ Het aantal toiletten in de app Hoge Nood is weliswaar gestegen van 3.000 naar 7.500, maar uit het onderzoek blijkt dit onvoldoende.

Hoge Nood

Deze week is het de Week van Toegankelijkheid. De Toiletalliantie pleit daarom nu voor het vastleggen van een toiletnorm in wet- en regelgeving, om gemeenten te kunnen dwingen tot realisatie van voldoende openbare toiletten in drukke stadscentra en natuurgebieden. Dit houdt in: een openbare wc in een straal van 500 meter in drukke voetgangers gebieden, om de vijf kilometer langs wandelpaden en om de 25 kilometer langs fietsroutes. Winkeliers en horecaondernemers die zich aanmelden in de Hoge Nood-app, mogen volgens de Toiletalliantie meegerekend worden.

Hier is volgens Suzanne Vrielink, projectleider bij de Toiletalliantie, wel geld voor nodig. Twee van de drie gemeenten hebben geen eigen toiletbeleid en een gebrek aan financiële middelen is hier vaak de reden voor. In een rapport van de Rekenkamer Amsterdam worden de kosten van het bouwen en beheren van één openbaar wc-gebouw op 10.000 euro geschat.

Als de norm in wet- en regelgeving zal worden vastgelegd, ziet de Toiletalliantie ook graag dat gemeenten hun openbare wc’s zo inclusief mogelijk inrichten. Een van de partners van de alliantie, Toilet For Me, is momenteel bezig met het ontwerpen van een wc-gebouw dat onder andere rolstoeltoegankelijk moet worden.

Verscholen problemen

Overheden moeten echter verder kijken dan enkel de kosten, aldus de alliantie. Vrielink legt uit dat er achter de statistieken in het rapport van Peil.nl/AnalitiQs een aantal problemen verscholen zitten die met het afdwingen van meer openbare toiletgelegenheden  worden aangepakt. ‘Er zijn zoveel mensen die niet naar de stad komen omdat ze geen zekerheid hebben. Vrouwen, blaaspatiënten, ouderen, mensen met een spijsverteringsziekte en dagjesmensen. Je kan voor hen de verblijfsduur aanzienlijk verlengen door alleen al een openbaar toilet neer te zetten.’

Het toilet moet volgens haar een prominentere rol hebben in gebiedsontwikkeling. Een initiatief als de plaskrul in Amsterdam noemt Vrielink symptoombestrijding en geen oplossing. ‘Wildplassen wordt dan wel gezien als een mannenprobleem, maar ook vrouwen voelen zich soms genoodzaakt om die keuze te maken.’

In sommige gemeenten, zoals Utrecht, Rotterdam en Pijnakker-Nootdorp, lukt het wel om te voldoen aan de wc-norm. Dat is volgens Vrielink grotendeels een kwestie van prioriteiten stellen. ‘In Utrecht hebben ze een toiletambtenaar’, aldus Vrielink.