De woningnood is zo langzamerhand weer volksvijand nummer één, net als in de naoorlogse wederopbouwperiode. Ervan uitgaande dat corona vanaf nu onder controle blijft. Maar wie de berichten volgt over de volstrekt uit het lood geslagen woningmarkt, moet toch constateren dat we er met ons beleid een puinhoop van hebben gemaakt. Zestig jaar geleden konden we de oorlog, de babyboom en iets later de toegenomen welvaart met andere, moderne woonwensen aanvoeren ter verklaring van de ontstane woningnood. En nu dan?

Dertig jaar na de liberalisering van de volkshuisvesting en met grofweg een kwart eeuw neoliberaal beleid achter ons, zijn we op een punt aangekomen dat een fatsoenlijke en betaalbare woning voor jonge mensen nagenoeg onbereikbaar is geworden. Woningen zijn beleggingsobjecten in een mate die ongeëvenaard is in onze geschiedenis. Vrijwel iedereen die geld beschikbaar heeft, doet eraan mee. Buitenlandse beleggers beleven gouden tijden op onze woningmarkt.

De politiek staat erbij en kijkt ernaar, overigens niet alleen in dit land. Visies en ambities genoeg, hier en daar zijn er pogingen om de marktwerking te beteugelen, maar de landelijke overheid houdt het hoofdzakelijk bij impulsen geven.

Voorstellen om weer een robuust volkshuisvestingsbeleid te voeren, met het optrekken van de subsidiegrens voor sociale huur en betaalbare koop verdienen daarom alle steun. Net als scherpe wetgeving om de woning als beleggingsobject minder aantrekkelijk te maken.

Het vakdebat moet uit de loopgravendiscussie van het wel of niet buiten de stad bouwen. Nu weer wordt de klimaatverandering aangevoerd om met woningbouw weg te blijven uit het landelijk gebied. Maar je kunt je afvragen of die klimaatverandering juist niet vraagt om woningbouw in de polder, als financiële drager om het landschap klimaatrobuuster te maken. Op verschillende plekken laten landschapsarchitecten zien hoe dat kan, zoals het Vijfde Dorp in de Zuidplaspolder ten westen van Gouda. Niets doen is geen optie. Niet voor die plek, niet voor het veenweidegebied, niet voor andere randzones bij onze steden.

Haal de druk voor een stukje van de stad af, om meer betaalbaar te kunnen bouwen in de randzones van steden én in die steden zelf. Laten we de dogma’s achter ons laten, doen waar we goed in zijn: slimme oplossingen bedenken om in het laagland te leven. Vooral voor toekomstige generaties.