De 27 corporaties vertegenwoordigen samen 40 procent van de corporatiesector. Samen willen zij de komende vijf jaar gemiddeld 11.400 woningen per jaar bijbouwen, voor een totaal van 57.500. Daarvoor wordt 11,3 miljard euro vrijgemaakt. Van de woningen moet 87 procent in het sociale segment vallen. Het aandeel vrijesectorhuur neemt ‘iets’ toe, aldus de corporaties.

Overigens betekenen de bouwambities niet dat het aantal sociale huurwoningen met een zelfde hoeveelheid toeneemt. Tegenover de nieuwbouw van 57.500 woningen staan namelijk sloop en verkoop, samen 51.300 woningen. ‘De verkopen betreffen over het algemeen verkopen van corporaties binnen DVS aan collega-corporaties, zodat die woningen niet verdwijnen als sociale huurwoningen’, meldt DVS wel.

Of de ambities waargemaakt worden is nog de vraag. Mohamed Baba, portefeuillehouder Woningmarkt bij DVS: ‘De corporaties van De Vernieuwde Stad stretchen zich tot het uiterste om deze megaproductie te realiseren. Toch is de vraag of dit, gezien de enorme opgave in de steden, genoeg is. Corporaties moeten hun eigen ontwikkelkracht vergroten en de overheid moet echt een tandje bij zetten om voor voldoende middelen te zorgen en voor voldoende capaciteit.’

De corporaties benoemen een aantal hordes op het pad naar meer nieuwbouw. Allereerst is de realisatiegraad volgens hen te laag. Het percentage van de geplande productie die daadwerkelijk tot uitvoer kwam, daalde het afgelopen jaar van 89 naar 77 procent.

Verder wijzen de corporaties op oplopende bouwkosten. Ten opzichte van 2018 stegen deze met 28 procent. Dat komt volgens DVS door ‘extra eisen die de gemeente stellen en de duurdere productie.’ Oplossingen liggen in meer modulair, industrieel en flexibel bouwen, en in minder kostenverhogende en vertragende eisen van gemeenten, aldus de corporaties.

Een derde obstakel is ‘een gebrek aan investeringen in goede infrastructuur en integrale gebiedsontwikkeling’, stelt DVS. Voor grootschalige woningbouw zijn aanzienlijke investeringen in de infrastructuur en het omliggende gebied nodig. Daar zijn investeringen uit zowel de publieke als de private hoek voor nodig, meent DVS.

Als laatste wijzen de corporaties op hun eigen penibele financiële situatie. Door gebrek aan middelen is het voor corporaties steeds lastiger om hun taken te vervullen. De corporaties trokken hier eerder al veelvuldig over aan de bel, en pleiten voor een verlaging van de financiële lasten. Bijvoorbeeld met een lagere of afgeschafte verhuurderheffing, lagere vennootschapsbelasting en minder druk vanuit de Europese antibelastingontwijkingsrichtlijn (ATAD). ‘Het is onverteerbaar dat Verhuurderheffing, ATAD, VPB en saneringsheffing samen meer dan 25 procent van de huuropbrengsten afromen’, aldus DVS.