Door Kelly Kuenen en Marcel Bayer. Dit is een voorpublicatie uit ROm #9, die begin volgende maand verschijnt. ROm is gratis voor ambtenaren en politici werkzaam in de fysieke leefomgeving. Klik hier voor een abonnement.

De wandelroute langs de Leidse singels biedt een bijzondere kijk op de wordingsgeschiedenis en de kwaliteiten van de stad. Deze voert langs de oudste volksbuurten, met onder meer de geboorteplek van Rembrandt van Rijn en de Zangeres Zonder Naam, langs monumentale panden en binnenruimtes van de oudste universiteit van het land met de wereldberoemde hortus botanicus, over bolwerken en nieuwe bruggen, die de afzonderlijke groene gebieden aaneenrijgen.

Plukjes bezoekers maken tijdens deze tweede coronazomer dankbaar gebruik van de app dan wel van de uitgeprinte kaart om Leiden op deze manier te leren kennen. Voor de stadsbewoners, en zeker die van de binnenstad, is het Singelpark een welkome plek om even bij te komen, bij te praten en uit te waaien. Een échte binnentuin voor de versteende binnenstad.

Vergroenen, versterken en verbinden van de Leidse waterstructuur vormden de uitgangspunten in het beeldkwaliteitsplan uit 2014, dat LOLA Landschape Architects en Studio Karst maakten in samenspraak met de gemeente en Stichting Vrienden van het Singelpark. Het plan fungeert als basis voor de ontwerpen van diverse deelprojecten binnen het Singelpark. Eenheid en tegelijkertijd de kwaliteit en het eigen karakter van elk deelgebied vormen de uitgangspunten.

Het Singelpark rondom de binnenstad van Leiden is met ruim zes kilometer lengte het ‘langste park van Nederland’. Beeld LOLA Landschape Architects

De zogenaamde ‘tien geboden’ (zie kader) vormen de leidraad voor het ontwerp van de parkgebieden. Ze moeten zorgen voor ‘duidelijke structuur, een aantrekkelijke identiteit en een levendig parkgebruik’. Veel aandacht krijgen de overgangen van het ene naar het andere park met monumentale bomen bij elk parkplein en een eigen groene ‘poortenfamilie’ die past bij de identiteit van het gebied.

De tien geboden
1. Maak één singelpark
2. Neem het water als leidraad
3. Maak spannende routes
4. Plant overal groen
5. Bouw een botanische collectie
6. Werk samen
7. Versterk de zeven singelgebieden
8. Creëer ontmoetingsplekken
9. Draag zorg voor basisvoorzieningen
10. Ontwerp de overgangsgebieden


Speel- en klimheuvel

Het Singelpark rijgt oude en nieuwe parken aan elkaar, waaronder het Rembrandtpark, Sterrenpark, Blekerspark, Huigpark, Energiepark, Ankerpark, Lakenpark en Katoenpark. De groene route doorkruist daarnaast diverse andere gebieden, zoals de universiteitscampus, de hortus met de sterrenwacht, en het gebied van De Meelfabriek, dat momenteel in transformatie is.

Een voorbeeld van hoe de afzonderlijke delen zijn verbeterd, is het Ankerpark met zijn driehoekige bastion, op een terrein van de voormalige metaalfabriek Koninklijke Nederlandsche Grofsmederij, die in de jaren zeventig haar deuren sloot. Alleen een scheepsanker herinnert nog aan de roemruchte industriële geschiedenis die hier geschreven werd. Aan de buitenkant van de wal staat een kanon waarmee vroeger de stad werd bewaakt.

Bij de oude Sterrenwacht een oproep om dit stuk 's avonds te mijden in verband met de overlast. Beeld Marcel Bayer

Vorig jaar is het groen aangepakt en is de speelfunctie versterkt. ‘Het Ankerpark was al een mooi stukje park met bomenrijen en een interessant grondlichaam aan de zijde van de zeventiende-eeuwse Zijlpoort’, zegt Patricia Scholten, ontwerper openbare ruimte bij Gemeente Leiden. Samen met landschapsontwerper Frank Kalshoven is zij verantwoordelijk voor het ontwerp van het Ankerpark en enkele andere deelgebieden binnen het Singelpark. ‘De bestaande elementen uit het oude park hebben we gebruikt om het gebied te versterken. Het heuvellichaam bijvoorbeeld hebben we versterkt door er een functie aan te geven. We hebben trappen en plateaus aangelegd waarop je kunt lopen, spelen en klauteren. Het wordt nu echt gebruikt.’

‘De bestaande elementen hebben we gebruikt om het gebied te versterken’

De wal vormt nu een populaire plek om te ontmoeten en spelen. ‘De heuvel is echt een onderdeel geworden van het hele park en heeft veel rust toegevoegd aan het geheel’, zegt Kalshoven. ‘Voorheen was het een onrustige plek, met een soort pindavormige speelplek met haag eromheen. Nu oogt het gebied strakker en minder verrommeld.’

De wal in het Ankerpark is een mooiere speel- en ontmoetingsplek geworden. Beeld Marcel Bayer

Voortuin

Het Lakenpark aan de Zijlsingel, op de plek waar tot de jaren dertig de Leidse Katoenmaatschappij was gevestigd, is de jongste aanwinst van de groene gordel. Medio juli is dit park opgeleverd en het fungeert al op en top als groengebied voor de aangrenzende stadsbuurten. Anders dan in het Ankerpark lagen hier voorheen amper groenstructuren. Het was grotendeels verhard en deed dienst als parkeerplaats, de aanwezige bomen waren van slechte kwaliteit en er was sprake van overlast, vertelt Kalshoven. De sloop en nieuwbouw van woningen met inpandige garages creëerde ruimte voor meer groen. ‘We hebben geprobeerd om zoveel mogelijk groen en bloemen in het ontwerp te brengen en het verblijf te stimuleren.’

Bezoekers kunnen zich tijdens de lentezon nestelen op de open grasvelden of tijdens de zomers hitte juist de schaduwrijke plekken opzoeken. De bestaande verharde speeltuin heeft een metamorfose ondergaan naar een natuurspeeltuin. Regenwater dat op de heuvels valt, loopt omlaag en mondt uit op het laagste punt uit in een wadi.

Zo draagt het park bij aan de gemeentelijke doelstellingen voor klimaatadaptatie en meer biodiversiteit in de stad. Met een slingerend pad dat als een bliksemschicht tussen het heuvellandschap loopt wordt een spannende route gecreëerd waar vooral kinderen dankbaar gebruik van maken. Vrijwilligers van Speeltuinvereniging de Doorbraak hebben met een crowdfundingactie gezorgd voor financiering van extra bijzondere speelelementen in het park.

Het Lakenpark is de jongste aanwinst en heeft veel meer groen gekregen. Beeld Marcel Bayer

Industrieel erfgoed

Ingeklemd tussen het Ankerpark en het Lakenpark ligt herbestemmingsproject De Meelfabriek, een voormalige fabriek die in 1998 door projectontwikkelaar Ab van der Wiel werd opgekocht. In de acht Rijksmonumenten en nieuwe panden worden woningen, winkels, een hotel en wellness gerealiseerd en een openbaar toegankelijke tuin.

De herontwikkeling van De Meelfabriek is een lang en complex ontwerpproces, zegt Maarten van Oosterom, die als senior projectmanager bij VINU. voor de gemeente het projectmanagement van het Singelpark verzorgt. ‘Alle monumentenadviesorganen moesten hier adviseren. Dat was een uitdaging, zeker ook vanwege de duurzaamheidsambities van de ontwikkelaar. Je kunt je voorstellen dat dit voor zo’n oude fabriek heel complex is.’

De duurzaamheidsambitie uit zich onder meer in de wens zoveel mogelijk van de oude fabriekspanden te behouden of te hergebruiken. ‘Er zijn heel uitgebreide analyses gemaakt welke delen de hoogste monumentale waarde hebben. Sommige delen zijn zo monumentaal, dat ze zijn opgeknapt en een plek in het ontwerp hebben gekregen, zoals de kolommenstructuur van het gebouw.’ Ook krijgen de stalen kozijnen na restauratie een nieuw leven en komen veel vloeren en deuren terug en wordt aandacht besteed aan isolatie.

Het terrein van De Meelfabriek wordt openbaar toegankelijk maar ook autoluw, er zijn fietsen en een elektrische boot te huur. De gebouwen worden omringd door veel groen. Een tuin wordt gerealiseerd in een samenwerking tussen tuinarchitect Piet Oudolf en LOLA Landschape Architects.

Bruggen en poorten

Vijf nieuwe parkbruggen verbinden de verschillende onderdelen van het Singelpark. De bruggen zijn ontworpen door het Belgische architectenbureau Ney & Partners, dat onder meer bruggen ontwierp in Nijmegen (De Lentloper en de Oversteek) en Zwolle (de Rode Toren). De gebiedseigen inrichting van de ‘poorten’ bij de ingang van ieder afzonderlijk gebied markeert de overgangen nog eens extra.

‘Het Singelpark is een aaneenschakeling van werelden’

Zo krijgt het groene lint overeenkomstige én onderscheidende kwaliteiten. Ontwikkelaar Van der Wiel dacht mee over kunstwerken in het Ankerpark en laat één kunstwerk terugkomen op de gevel van De Meelfabriek. Toch blijven het Ankerpark en De Meelfabriek tegelijkertijd heel andere werelden. ‘Het Singelpark is een aaneenschakeling van werelden. Het idee is dat je je verbaast telkens als je op een nieuwe plek komt’, legt Kalshoven uit.

De Hapynionbrug over de Nieuwe Rijn, een van de nieuwe bruggen van het Singelpark. Beeld Marcel Bayer

Participatie

Het Singelpark is er gekomen door hechte samenwerking en participatie, waar in het beeldkwaliteitsplan al de basis voor is gelegd. Welke kansen en uitdagingen dat met zich meebrengt, illustreert de totstandkoming van het Ankerpark. In het originele ontwerp moest het gebied worden afgegraven en opnieuw opgebouwd, zegt Van Oosterom. ‘Dat stuitte op weerstand en verzet bij omwonenden. Daarom werd een aangepast plan gepresenteerd dat voldoet aan het beeldkwaliteitsplan en aansluit op bestaande waarden.’

Natuurlijk botst het in participatieprocessen weleens, zegt Kalshoven. ‘Het Ankerpark liep in het begin wat stroef. In het nieuwe ontwerp wilden we bijvoorbeeld ook de hondenlosloopplek achterwege laten. Dat zorgde voor weerstand bij bewoners. Uiteindelijk zijn we naar het park gegaan en hebben gezien dat de plek goed en netjes gebruikt wordt. Toen hebben we het ontwerp aangepast. Want waarom koste wat kost iets weghalen of tegenhouden dat werkt? Je moet elkaar ruimte geven en respecteren.’

Zo kent het participatietraject veel successen. Inwoners toonden zich betrokken en veel elementen, zoals de beeldentuin in het Ankerpark, werden aangedragen door bewoners. Dat het idee van het Singelpark afkomstig is van een groep bewoners, kenmerkt het hele project, zegt Van Oosterom. ‘Er is een actieve groep bewoners bij het plan betrokken, maar ook de directe omwonenden van de deelparken helpen mee. Van het ontwerp tot beheer, alles wordt mét de stad gedaan.’

De aanpak is in ieder deelgebied anders, want voor een goed participatieproces is het belangrijk om open en flexibel te zijn, zegt Van Oosterom. ‘In zo’n groot project speelt een groot aantal belangen mee. Een goede eerste stap is te investeren in relaties en in kaart te brengen wat er speelt. Wat zijn de pijnpunten en hoe kun je die een plek geven in het ontwerp?

Loop rond, maak kennis, spreek mensen. De rest werk je uit met een kleine groep actief betrokkenen, waarvan je de tussenstanden in elke fase terugkoppelt. Hoe meer je daarin investeert, hoe beter je plan wordt. Maar wees ook duidelijk over het grote verhaal en de opgave die er ligt. Mijn ervaring is dat het meer begrip oplevert als je daar transparant over bent en afwegingen maakt in het algemeen belang.’

‘Als gemeente maken we de hardware, die fungeert als een soort vliegwiel voor andere initiatieven’

Naar schatting negentig procent van het Singelpark is inmiddels gerealiseerd. In talrijke particuliere initiatieven toont zich de kracht van het Singelpark, vindt Kalshoven. ‘Als gemeente maken we de hardware. Die fungeert als een soort vliegwiel voor andere initiatieven. Mensen haken aan en brengen het park echt tot leven. Het park wordt steeds leuker en beter.’