In de toelichting op het besluit om de invoering van de Omgevingswet met een half jaar uit te stellen kregen de perikelen rond het digitaal stelsel (DSO) de meeste aandacht. Dat gold ook voor de beschouwingen in de vakpers. Begrijpelijk, maar daardoor raken bestuurs-juridische aspecten onderbelicht. Die zijn (ook) essentieel voor een ongestoorde procedurele voortgang van projecten en gebiedsontwikkelingen. In het voetspoor van een eerder interview breng ik drie voetzoekers in beeld. Ik ga na of op die items vooruitgang is geboekt en wat nog moet gebeuren.

1. Langere overgangstermijn

Bestemmingsplannen krijgen 1 juli 2022 automatisch de status van ‘voorlopig omgevingsplan’. Maar bij een partiële wijziging - bijvoorbeeld om een woningbouwplan of een gebiedsontwikkeling mogelijk te maken - moet een full dressed stukje omgevingsplan worden opgetuigd. Dat kan stagnatie veroorzaken.
Het blijft nu tot een jaar na inwerkingtreding van de wet mogelijk om wijzigingen van het voorlopig omgevingsplan te realiseren met systematiek van het bestemmingsplan (jargon: in IMRO en nog niet STOP). Ik denk dat deze overgangstermijn van één jaar te kort is, want zo vlot zal de omzetting van voorlopige omgevingsplannen naar ‘echte’ niet verlopen. Bij AMvB kan de termijn van een jaar verlengd worden.

2. Eerste Hulp Bij Omgevingswet

Vaak denkt men bij systeemveranderingen dat het werk er op zit na de invoeringsdatum. Een fatale vergissing. Ik citeer mijn collega emeritus hoogleraar Jan Struiksma: 'Uit de praktische toepassingen zal pas echt blijken wat de problemen zijn.' Daarom blijft mijn advies: richt een meldpunt in waar publieke en private partijen met hun knelpunten en vragen terechtkunnen waarvoor de gangbare normale kennisbronnen geen uitsluitsel geven. Een stevige juridische EHBO (Eerste Hulp Bij Omgevingswet) moet klaar staan om bij onverwachte vastlopers snel assistentie te verlenen. Dus geen inhoudelijk onwetend callcenter dat doorverwijst.

Het ministerie van BZK overlegt nu met overheidspartners over de instelling van zo’n EHBO. Dat gaat dan Quick Response Team (QRT) heten. Ik vind EHBO persoonlijk een leukere term (en ook nog gewoon in het Nederlands), maar dat is bijzaak.

3. Turbo-beoordeling 

Deze eenheid - als coproductie van de overheden - zou ook concrete voorstellen moeten kunnen doen om wet- en regelgeving aan te passen als daar de oorzaak van de stagnatie in is gelegen. De adviezen krijgen een turbo-beoordeling door een toegewijde interdepartementale ambtelijke club en een snelle doorgeleiding naar het politiek-bestuurlijke niveau. Dat is ook de bedoeling van het QRT. Het belang laat zich gemakkelijk illustreren met de plotseling verzwaarde regels voor vliegtuiglawaai. Een kwestie die overigens nog steeds niet is opgelost.

Annemieke van Brunschot (Programmamanager Omgevingswet VNG) vulde aan dat ook ons bij het spoor, emplacementen en schepen in havens strengere geluidsnormen staan de wachten. Ondanks de politieke belofte van ‘beleidsneutrale’ overgang’ valt niet uit sluiten dat de systematiek van de Omgevingswet ook op ons andere normerings-fronten onaangenaam kan gaan verrassen. Directe actie is dan noodzakelijk.

Nu of nooit

De voorbereiding van de Omgevingswet gaat een beslissend jaar in. Cruciaal is dat alle in de brief van de minister van BZK vermelde acties ook daadwerkelijk worden uitgevoerd (evenals de maatregelen die ik in dit artikel noem). Een tour de force.

Nieuw uitstel gaat dit megaproject niet overleven. Het aantal sceptici neemt gestaag toe. Weer uitstel heeft desastreuze gevolgen voor het draagvlak, de politieke geloofwaardigheid en de motivatie van de vele mensen te velde die hard werken om de wet tot een succes te maken.