In de brief staat beschreven hoe een nationaal programma er uit zou moeten zien. Doel is om het Rijk, de provincies, de waterschappen en de gemeenten samen te laten werken met een coördinerend minister om zo de bodemdaling tegen te gaan.
‘De regering moet zelf beslissen wie het nationale programma in zijn portefeuille krijgt, maar zelf denk ik aan Infrastructuur en Waterstaat, Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit of Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties’, zegt woordvoerder Jeroen Mekenkamp. ‘In de afgelopen jaren zaten we al regelmatig met vijf ministeries om de tafel, dus daarom is goede coördinatie noodzakelijk. We moeten dit integraal aanpakken.’
Schade
Dat de economische schade van bodemdaling behoorlijk snel in de cijfers kan oplopen, probeert het pleidooi eveneens uit te leggen. Als het huidige beleid niet wordt aangepast, kan Nederland tot 2050 22 miljard euro aan schade betalen, zo berekende het PBL in 2016.
Die schade zit vooral in verzakkende wegen, kapotte kabels en rioleringen, huizen en wateroverlast. Vooral woningschade is vervelend voor de gemiddelde Nederlander, laat bodemdalingsspecialist Gilles Erkens van Deltares weten: ’16 miljard euro van de schade is dan voor de huis- en pandeigenaren.’
Toch blijft het lastig om de schade nauwkeurig in kaart te brengen, omdat niet alle gemaakte kosten voor het tegengaan van bodemdaling gespecificeerd in begrotingen staan. Mekenkamp: ‘Het blijft daarom ook een schatting. Maar in 2019 hebben we wel onderzoek laten doen naar gemeenten op slappe bodem in West-Nederland en daaruit bleek dat zij twee keer zoveel kosten maken als wanneer zij op zand hadden gelegen. Het is belangrijk dat gemeenten over langere tijd nadenken over beheer en onderhoud van de openbare ruimte omdat ze hiermee veel geld kunnen besparen. Het Rijk kan helpen door hiervoor de kennis en middelen te organiseren, zoals het Platform Slappe Bodem bepleit in de brief aan de informateur. Dit helpt ook om de doelstellingen van het Deltaprogramma Ruimtelijke Adaptatie te bereiken.
Erkens: ‘Bodemdaling is verder ook nog een probleem voor het milieu. Door de veenoxidatie in veenweidengebieden komt er koolstofdioxide vrij. Dit draagt dan weer bij aan de opwarming van de aarde. Met deze oproep vangt het platform denk ik twee vliegen in een klap.’
Kosten van het programma
Hoeveel dit nationaal programma moet gaan kosten is nog niet helemaal duidelijk, maar naar schatting gaat het over een bedrag van ongeveer 2,5 miljard euro. ‘Dit bedrag is alleen een impuls voor gemeenten om over te schakelen op duurzame ophoogmaterialen in de openbare ruimte. Voor de kennisontwikkeling is zes miljoen euro aan opstartkosten nodig en twee miljoen euro per jaar om het programma draaiende te houden’, aldus Mekenkamp.
Ook om funderingsschade te betalen is geld nodig. Hoewel dit geld voornamelijk is op te brengen door pand- en huiseigenaren, heeft de overheid een rol om de financiering mogelijk te maken voor minder financieel daadkrachtige eigenaren, vindt het Platform.
‘Deze bedragen kan het Rijk in meerdere fases betalen. Als je kijkt naar hoeveel geld ermee bespaard kan worden, dan is dat niet veel. En met die 2,5 miljard euro hebben we ook de mogelijkheid om de bodemdalingsproblematiek aan andere opgaves te koppelen.’
Erkens: ‘Ik vind het echt een goede oproep en ben het ermee eens dat er meer vanuit het Rijk moet gebeuren. Dit is een hapklaar aanbod. Er is breed gekeken naar wat er nodig is en ook naar wat er moet veranderen in de beleidsdoelstellingen en regelgevingen.’