Door Robbert Coops, Coops Public Affairs
De ingrijpende renovatie van het regeringscentrum rond het Binnenhof heeft in de aanloop vooral tot veel beroering en vertraging geleid. De architectenkeuze voelt verkeerd, het presidium van de Tweede Kamer ging in eerste instantie niet akkoord met de vervangende werklocatie in het voormalige Ministerie van Buitenlandse Zaken en omwonenden en detailhandel vreesden voor langdurige sluiting van het historische centrum van Den Haag. Maar er speelt inmiddels nog meer. Voor een periode van vijf tot zes jaar blijken zo’n tweehonderd ambtenaren te worden gehuisvest op het terrein van het Catshuis. Met die plannen gaan omwonenden en belanghebbenden niet voetstoots akkoord.
Voor de bouw van het tijdelijke kantoorgebouw voor de ambtenaren van het Ministerie van Algemene Zaken – 'een modulair en circulair systeem van geschakelde units' – is door het Rijksvastgoedbedrijf bij de gemeente Den Haag een omgevingsvergunning aangevraagd. So far, so good? Niet dus. Want voor een deel blijkt de informatie daaruit geheim vanwege de vermeende veiligheidsrisico’s voor de toekomstige ambtenaren die in de tijdelijke kantoren zullen gaan werken. Waarom die veiligheidseisen zo belangrijk, streng en geheim zijn en door wie die zijn bepaald, is niet prijsgegeven
Uit de ontwerpopgave blijkt in ieder geval dat nauwelijks rekening is gehouden met de huidige historisch gegroeide en kleinschalige omgeving. De inpassing van het inmiddels vijf verdiepingen tellende kantoorgebouw (met een hoogte van 18 meter) op het landgoed, het classicistische Catshuis met de tuin in Engelse landschapsstijl, is dan ook tot mislukken gedoemd. Naast het kantoor zijn ook nog eens parkeerplekken nodig waar groen vooral zal worden opgeofferd
De status van de Haagse wijk Zorgvliet, waarin het Catshuis ligt, als beschermd stadsgebied wordt door deze plannen opnieuw geweld aangedaan. Duidelijk is dat er bomen en groen rond het Catshuis – dat de status van groen monument heeft – moeten verdwijnen, ondanks de pogingen om de groenwaarde van het gebied overeind te houden.
Uit de onlangs gehouden (digitale) informatieronde blijkt dat het kennelijk niet de bedoeling is om in dit stadium nog inhoudelijk te reageren op de plannen of over de gevoerde procedures. Discussie of kritiek daarover zijn nauwelijks mogelijk, laat staan om met alternatieven te komen. Het verantwoordelijke ministerie van Binnenlandse Zaken heeft haast, in het najaar moet met de bouw van de prefab-units worden begonnen. Het hele proces rond de renovatie van het Binnenhof is tenslotte al behoorlijk vertraagd.
Beroeps- en bezwaarprocedures zullen onherroepelijk leiden tot uitstel (en hopelijk afstel) van de gepresenteerde plannen en zijn daarom door de overheid niet gewenst. De planning voorziet dan ook niet in andere scenario’s dan de gepresenteerde plannen. Vertraging of aanpassingen van de plannen zijn daarin niet verdisconteerd.
In de aanvraag voor de bijzondere omgevingsvergunning die de realisatie van de (tijdelijke) nieuwbouw mogelijk moet maken is een substantieel deel vertrouwelijk (vanwege de veiligheidseisen), zodat burgers de inhoud van de plannen slechts gedeeltelijk mogen kennen en afhandeling van de vergunningsaanvraag voor een deel vertrouwelijk blijft. Gaan de minister en de gemeente er gemakshalve vanuit dat de afdeling Rechtspraak van de Raad van State in een eventueel hoger beroep hen toch in het gelijk zal stellen? Of dat de omwonenden en belanghebbenden zich bij voorbaat zullen neerleggen bij deze overheidsplannen?
Het is merkwaardig dat de overheid ook nu weer weinig geleerd heeft van eerdere ervaringen met co-creatie, inspraak en andere vormen van burgerparticipatie – waar diezelfde overheid altijd de mond vol van heeft. Scenario’s of alternatieven komen niet aan bod. Dat is vreemd, want zou het niet denkbaar zijn dat het merendeel van de ambtenaren thuis (digitaal) blijft werken, zoals ook nu tijdens de pandemie? Of dat tijdelijke huisvesting wordt gevonden in leegstaande kantoorgebouwen of bedrijfsterreinen? Om de hoek, tegenover de ingang van het Catshuis, staat bijvoorbeeld een pand – inclusief parkeergarage – voor een groot deel leeg en te huur. Dat zou ook in financieel opzicht wel eens goedkoper en duurzamer (hergebruik) kunnen zijn dan de huidige nieuwbouwplannen.