Afgelopen week organiseerde het kabinet de Conferentie Digitaal Nederland. In het online seminar bespraken specialisten hoe in de toekomst energiesystemen aangestuurd door algoritmes, efficiënt, betrouwbaar, duurzaam én sociaal acceptabel kunnen integreren. Om bijvoorbeeld elektriciteits- en gasnetten betrouwbaar en duurzaam te onderhouden, is het belangrijk dat de vraag naar stroom en het aanbod van energiebronnen nauwkeurig op elkaar is afgestemd. Daarvoor is kunstmatige intelligentie nodig. Maar wat moet de overheid doen om zulke 'slimme energiesystemen’ te laten bijdragen aan de energietransitie?

Vraag en aanbod beter afstemmen

Data-algoritmes die kijken naar vraag en aanbod en kunnen energiestromen besturen. Frits Bliek, CEO van het bedrijf Ocean Glazer dat zich bezighoudt met hernieuwbare energie, is een groot voorstander van een nieuw regelmechanisme dat loopt op kunstmatige intelligentie. ‘We houden veel energie over, die we niet kwijt kunnen op het net’, stelt hij. ‘Door vraag en aanbod op elkaar af te stemmen, gaat er geen energie onnodig verloren.’ Deze sturing kan nuttig zijn wanneer er bijvoorbeeld meer wind waait dan gebruikelijk.

Kleinere energiespelers belangrijk voor de energietransitie

Om zo’n nieuw regelmechanisme technisch haalbaar te maken, zal de communicatie tussen verschillende actoren beter moeten. Jacquelien Scherpen, hoogleraar discrete technologie en productie automatisering bij Rijksuniversiteit Groningen, zegt dat hier nog veel winst valt te behalen. ‘De overheid moet een leidende rol nemen om de samenwerking tussen de actoren binnen de industrie en huishoudens te bevorderen.

Tegelijkertijd moet de overheid kleinere spelers de mogelijkheid geven om toe te treden tot de markt. ‘In het systeem waar we nu in zitten, spelen de grote energiespelers zoals Essent en Vattenval een té grote rol’, stelt ze. ‘Nieuwe spelers zoals VanOns, Vrijopnaam en Powerpeers hebben zeer innovatieve ideeën die van grote waarde zijn voor de energietransitie.’

Nederlanders begrijpen de noodzaak

De urgentie van de energietransitie leeft bij de Nederlanders. 79 procent van de Nederlanders vindt het belangrijk dat we op een duurzame manier energie gaan opwekken. Zelfs 96 procent heeft van het klimaatakkoord gehoord en 52 procent zegt de inhoud te kennen. Dat blijkt uit onderzoek van Motivaction in samenwerking met de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie.

Linda Steg, hoogleraar omgevingspsychologie bij Rijksuniversiteit Groningen, vindt dat de overheid burgers moet sturen in welke doelen realiseerbaar zijn en hoe ze hieraan kunnen bijdragen. ‘Ieder persoon heeft verschillende voorkeuren en behoeftes als het gaat om hernieuwbare energie,’ stelt ze. ‘De een heeft meer baat bij zonnepanelen, terwijl de ander een oplaadbare accu voor een elektrische auto belangrijker vindt.’

Aan de andere kant ziet de hoogleraar ook dat mensen eerder kiezen voor hun eigen belang dan het collectieve belang. ‘De mens kiest vaak voor de goedkoopste weg die het liefst ook weinig moeite kost.’ Het collectieve belang is het beschermen van de natuur door duurzame keuzes te maken. Momenteel stimuleert de overheid dit collectieve belang al met subsidies en financiële regelingen om zelf duurzame energie op te wekken. Maar Steg vindt dat de overheid meer kan en moet doen. ‘De overheid moet de burger nog bewuster maken van het probleem, zodat de keuze voor het collectief belang steeds meer een intrinsieke keuze wordt.’