Dit is een voorpublicatie van een uitgebreider artikel in vakblad Stedelijk Interieur 1-2021.

Het doel van het Culemborgs plan is de biodiversiteit te stimuleren door meer ruimte voor flora en fauna te creëren, de kwaliteit van de natuur te verbeteren en plekken met elkaar te verbinden tot een groen netwerk. Na het vaststellen van het groenstructuurplan was er behoefte aan een verdiepingsslag, vertelt Fred Lansbergen, landschapsontwerper bij stedenbouwkundig- en landschapsbureau Starling Structures en werkzaam bij de gemeente. “Vragen die daarbij horen zijn: Wat betekent het plan nu voor ingrepen in de openbare ruimte? Voor welke soorten voer je de plannen uit? En wie of wat heeft er baat bij het verbeteren van natuurnetwerk in en buiten stad?”

Ambassadeursoorten

Bureau Waardenburg, adviesbureau voor natuur en landschap, bracht met gegevens van de gemeente, de Nationale Databank Flora en Fauna (NDFF) en veldonderzoek de stand van zaken in de gemeente in kaart. Het keek welke flora en fauna reeds aanwezig is, hoe deze functioneert, wat de knelpunten zijn, hoe deze op te lossen en stelde aan de hand daarvan het plan op. Ook werd een streefbeeld in de vorm van de ‘Groene netwerkkaart’ (ter onderscheiding van Gelders Natuur Netwerk) gemaakt en werden per deelgebied maatregelen, strategie en uitvoeringsplannen uitgewerkt. Jan Dirk Buizer van team natuur-inclusief ontwerp van Bureau Waardenburg: “Het doel is om de gemeente en ook bijvoorbeeld ontwikkelaars en bewoners handvatten te bieden hoe in nieuwe plannen en bij bijvoorbeeld bestaand beheer maatregelen meegenomen kunnen worden die in dat specifieke deelgebied leiden tot versterking van biodiversiteit.”

‘Met aangepast maaibeheer en verruigde taluds ontstaat een habitat voor patrijzen’

Het plan is opgebouwd aan de hand van maatregelen in negen deelgebieden. Voor elk daarvan zijn bestaande bijzondere natuurwaarden en de verbetermogelijkheden in kaart gebracht. Ieder deelgebied heeft ‘ambassadeursoorten’. Het voorkomen van deze dieren of planten vormt een indicatie voor de biodiversiteit in het gebied. In de binnenstad (deelgebied ‘binnenstad en grachten’) zijn dat bijvoorbeeld de vlinder bont zandoogje, de huiszwaluw en de gewone grootoorvleermuis (anders dan zijn naam doet vermoeden een niet zo algemene soort).

Maatregelen

Het biodiversiteitsplan omvat diverse maatregelen. In het buitengebied ten westzijde van Culemborg wordt bijvoorbeeld ingezet op de terugkeer van de patrijs. De boerenlandvogel, ambassadeursoort in twee deelgebieden, doet het relatief goed in Culemborg, wat grotendeels komt door braakliggende bouwterreinen in de nieuwwijk Parijsch. “Die zullen uiteindelijk verdwijnen”, zegt Lansbergen. “Samen met de betrokken agrariërs passen we daarom het maaibeheer aan en verruigen we de taluds. Hierdoor ontstaat een mooi habitat voor patrijzen.” De patrijs heeft baat bij beschutting, die gecreëerd kan worden met ruige begroeiing. Ingrepen zijn ook de aanleg van landschapselementen als hoogstambooggaarden, hagen en ruigtestroken.

In het centrum is met het oude stadsgezicht minder ruimte voor het stimuleren van biodiversiteit door vergroening. Hier probeert de gemeente samen met bewoners en huiseigenaren meer groen toe te passen, door het toepassen van muurplanten en verticale tuinen en het vergroenen van de achtertuinen. Zo wordt meer ruimte gecreëerd voor vlinders en vleermuizen, maar bijvoorbeeld ook voor de muurleeuwenbek, een plant die zich op oude muren en in rotstuinen vestigt. Andere mogelijke ingrepen zijn de afvoer van regenwater combineren met groen en het verbeteren van de waterkwaliteit door meer planten aan te brengen.

Uitvoering

Bij bestaande wijken enthousiasmeert de gemeente tot ontstenen en vergroenen. Liever nog richt Lansbergen zijn pijlen op de nieuwbouwwijken en de projectontwikkelaars. Als een wijk al verhard is, zullen mensen niet snel tegels eruit halen, is het idee. “Als we ervoor kunnen zorgen dat tuinen bij de aanleg van nieuwbouwwijken dertig procent groen hebben, hebben we flinke stappen gemaakt. Zo kan de projectontwikkelaar bij de oplevering van de wijk geen bos bloemen maar een boompje geven. Of zorgen voor een tuinenochtend met vrachtwagens heester en groen, waar nieuwe bewoners iets kunnen uitzoeken. Dat soort middelen zoeken we.”

'Je hebt bewoners nodig om ervoor te zorgen dat plannen breed gedragen worden'

Bewonersparticipatie speelt een belangrijke rol. Er wordt ingezet op het voorlichten over natuurvriendelijke tuinen en het stimuleren van aanleg ervan. Daarnaast worden bewonersinitiatieven ondersteund, bijvoorbeeld met budget, kennis of door partijen met elkaar in contact te brengen. Culemborg heeft een groep proactieve bewoners die het thema biodiversiteit oppakken.

Lansbergen: “Als we het biodiversiteitsplan en dergelijke initiatieven bundelen, versterken ze elkaar. Bovendien heb je bewoners nodig om ervoor te zorgen dat plannen breed gedragen worden. Zo kan de samenwerking worden gezocht met de plaatselijke vogelwacht. Of kunnen bewoners geënthousiasmeerd worden om voor- en achtertuinen op een goede manier in te vullen. Bijvoorbeeld door aan de slootkanten niet alleen vlonders te plaatsen, maar ook rietkragen of een talud aan te leggen.”