In het ‘coronajaar’ werden 3,7 procent meer woningen gekocht dan in 2019. NVM-makelaars verkochten in totaal 41.184 bestaande huizen in het laatste kwartaal, met een jaartotaal van ruim €154.000. De prijzen stegen ook ongekend hard in 2020. Met een gemiddelde verkoopprijs van €365.000 euro ligt de prijsontwikkeling in het tweede achtereenvolgende kwartaal boven de elf procent. Onderling stegen de prijzen van vrijstaande woningen en tussenwoningen zelfs iets harder. Alleen appartementenprijzen bleven net onder de tien procent. Dat kopers snel hun slag slaan blijkt uit de looptijd van verkochte woningen. Deze is met zeven dagen korter uitgekomen op 29 dagen.
Volgens de NVM kent regio Amsterdam de laagste prijsstijging van heel Nederland, met een prijsontwikkeling tot 3,4 procent. Het gebied kent veel appartementen en de koopwoningen hebben al een erg hoog prijsniveau, hierdoor is de sterkste groei al geweest en lijkt het plafond bereikt. Ook ontving het gebied door de coronaperiode minder expats, waardoor zelfs even wat meer woningen vrijkwamen.
Woningnood
De grootste bron van zorg blijft volgens verschillende bronnen het afnemende woningaanbod. In het laatste kwartaal van 2020 kende de woningmarkt een niet eerder gemeten krapte, met een krapte-indicator van 1,9. Dat komt neer op de keuze tussen twee huizen per consument. Het aantal woningen dat in het laatste kwartaal te koop stond is met 25.519 woningen maar liefst een derde minder dan het kwartaal in 2019.
NVM-voorzitter Onno Hoes zegt dat het volgende kabinet de woningmarkt als derde prioriteit moet aanpakken, naast het bestrijden van de coronacrisis en het aanjagen van de economie. Lana Gerssen, voorzitter van de NVM Vakgroep Wonen, voegt daar een oproep aan de makelaars en (lokale) overheden aan toe. Omdat zij de lokale markt beter kennen moeten zij gerichter bouwen en meer letten op de vraag van kopers. Hierbij benadrukt Gerssen het ingaan op de woningtypes en prijsklassen. Partijen zouden nu te makkelijk denken dat consumenten graag naar het centrum van een gemeente willen verhuizen, terwijl dat te vaak niet het geval is.
Trek naar landelijk gebied
Waar in Amsterdam de prijzen het minst stegen, nam volgens de NVM de populariteit in de buitenregio’s juist toe. Vorig jaar zochten bijna tien procent van de Randstedelijke kopers een woning in de acht niet-westelijke provincies. Dat zijn alle provincies buiten Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht en Flevoland. In 2015 zochten nog maar 5,5 procent het landelijke gebied op. Vooral Oost-Nederland krijgt meer belangstelling. Hypotheekverstrekker De Hypotheker bevestigt dit deze week met eigen cijfers. Volgens hen groeiden de woningmarkten in Overijssel, Groningen, Flevoland en Drenthe vorig jaar het sterkst. Regio’s waar prijzen het hardst stegen in vergelijking met 2019 waren Hardenberg (+21,7 procent) en Zutphen (+20,5 procent).
De Hypotheker zegt deze stroming te verklaren door de verzadigde woningmarkt in de Randstad, en de oplopende prijzen in de omliggende gemeenten. Een gemiddeld hypotheekbedrag in Utrecht in 2020 was met €288.720 duidelijk hoger dan een Groningse hypotheek van €190.083. De Hypotheker acht de kans groot dat de hypotheken in de buitenprovincies hierna gaan groeien.
Thuiswerken
De populariteit van landelijke provincies lijkt ook te versterken door de coronamaatregelen. Uit het onderzoek Thuiswerken tijdens en na de coronacrisis van het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM), dat deze week verscheen, blijkt dat een groeiend aandeel van de huidige thuiswerkers dit na de crisis ook verwacht te doen. Waar dit in april nog 27 procent betrof, was dat in oktober 47 procent.
Door deze nieuwe werkomgeving vermindert de druk op het woon-werkverkeer en pakken mensen de kans om de oververhitte woningmarkt te verlaten. Ook ontstaat er meer behoefte aan buitenruimte, groen en meer vierkante meters. Gekochte woningen in de landelijke provincies waren gemiddeld altijd al groter dan de woningen die de koper in de Randstad achterliet. In 2020 is dit extra aangetrokken tot 40 vierkante meter.
Druk op bouwsector
Met de groeiende populariteit voor landelijke regio’s lijkt de kern van de woningnood niet opgelost. Menno Luiten, commercieel directeur van De Hypotheker, laat aan Duurzaam Gebouwd weten dat het woningtekort zich hiermee enkel verder uitbreidt, en nieuwe woningen hard nodig blijven zijn. Het rijk wil de bouwproductie dan ook verhogen naar minimaal 75.000 nieuwbouwwoningen in 2021. Omdat het woningtekort hiermee volgens een rapport van ABF research pas in 2035 terugloopt tot een aanvaardbare 2,1 procent, zeggen veel deskundigen dat 100.000 nieuwbouwwoningen de nieuwe maat moet zijn. Het afgelopen jaar haalde de bouw pas net 75.000 woningen.
NVM-nieuwbouwspecialisten zijn negatief over de vooruitzichten voor 2021. De coronacrisis doet de bouwsector niet ten goede. Sommige projecten liggen stil, er heerst een personeelstekort, en veel mensen werken thuis, waardoor de ontwikkelsnelheid flink achteruit is gegaan. Omdat de bouwsector laat-cyclisch is, zullen meer negatieve effecten van de coronacrisis later voelbaar zijn. Naar verwachting worden er dit jaar dan ook minder nieuwbouwwoningen te koop gezet dan in 2020.