In het derde kwartaal van 2020 signaleerde Pararius landelijk al een huurprijsdaling. In het eerste kwartaal van dat jaar signaleerde het platform al dat de huurprijzen voor woningen in grote en middelgrote steden daalden. Die daling zette in het derde kwartaal ook elders in het land door.
Een (nieuwe) huurder betaalde in het derde kwartaal van 2020 gemiddeld 0,4 procent minder dan in dezelfde periode een jaar eerder. In het vierde kwartaal van 2020 was dit 3,7 procent minder. Een vergelijkbare prijsdaling werd volgens Pararius voor het laatst gemeten in het vierde kwartaal van 2012.
Grote steden
In Amsterdam nam de gemiddelde huurprijs af met 6,8 procent, de grootste huurdaling sinds Pararius haar metingen startte. Een nieuwe huurder betaalde eind 2020 22,08 euro per vierkante meter, de laagst gemeten huurprijs sinds het derde kwartaal van 2017.
Ook in Eindhoven en Den Haag daalden de prijzen (resp. -2,9 en -3,1 procent). In Rotterdam steeg de gemiddelde huurprijs in het derde kwartaal van vorig jaar nog licht. In het vierde kwartaal van 2020 daalden ook hier de huurprijzen, en wel met 4,8 procent. Utrecht is de enige van de vijf grote steden waar de huurprijzen vrijwel gelijk bleven.
Jasper de Groot, directeur van Pararius, wijst erop dat de landelijke ontwikkelingen vaak als eerste zichtbaar zijn in de hoofdstad. ‘Na de crisis stegen de woningprijzen in Amsterdam als eerste, gevolgd door Rotterdam en Den Haag. Pas later zagen we ook in de rest van het land de huurprijzen in de vrije sector stijgen. Nu gebeurt andersom hetzelfde.’
Daling in acht provincies
Van alle provincies daalden in acht provincies de gemiddelde huurprijzen. De grootste daling was zichtbaar in Drenthe (-7,4 procent), Noord-Holland (-6,3 procent) en Groningen (-4,9 procent). Noord-Holland, Utrecht en Zuid-Holland zijn de duurste provincies om te wonen. In de duurste provincie zijn naast Amsterdam ook Amstelveen en Haarlem relatief duur om te wonen. Volgens De Groot komt dit expats, die nu wegblijven. ‘De komst van COVID-19 is hier ongetwijfeld ook een belangrijke katalysator geweest voor het dalen van de huurprijzen. Blijven expats weg, dan blijven veel vrijgekomen huurwoningen onbewoond. Om leegstand te voorkomen worden huurprijzen naar beneden bijgesteld.’
Druk op de markt
Lagere huurprijzen zorgen er vooralsnog niet voor dat de druk op de vrijehuursector afneemt. In het derde kwartaal van 2020 stond een woning 55 dagen online voordat deze verhuurd werd. Een jaar daarvoor was dat 52 dagen. De Groot verklaart dit door het relatief kleine aandeel vrije huur. 'Deze enorme schaarste veroorzaakt hoge huurprijzen en creëert een gat tussen de sociale sector en vrije sector, waardoor het nagenoeg onmogelijk is om vanuit een sociale huurwoning door te stromen naar een huurwoning in de vrije sector.'
Dat de prijs in veel plaatsen daalt, komt niet onverwacht, zei de directeur vorig jaar al. Zeker in grote steden is de vraag naar woningen veel groter dan het aanbod. 'Dat drijft in eerste instantie de prijzen enorm op. Maar daar zit een grens aan, op een bepaald moment kunnen en willen woningzoekenden de hoge huurprijzen niet meer betalen.'