Uit internationaal onderzoek was al bekend dat mensen zich over het algemeen gelukkiger voelen in groene gebieden dan in de bebouwde omgeving. Onderzoek door Wageningen Environmental Research (WUR) onder burgers bevestigt dat dit ook in Nederland het geval is. De onderzoekers maakten deze keer ook onderscheid in verschillende typen natuurgebieden. Daaruit blijkt dat het strand, de duinen en heide-, moeras- en natuurgrasland de meeste invloed hebben op het ervaren geluksgevoel. Deze gebieden worden opgevolgd door grote wateren en meren, bossen, kanalen en rivieren. Al deze gebieden maken mensen gelukkiger dan bijvoorbeeld parken en dagrecreatiegebieden, die op de zesde plek staan.

Rust en boeiend landschap

In het onderzoek beantwoordden 4000 mensen elk gemiddeld 25 keer hoe gelukkig zij zich op dat moment voelden. Dat gebeurde via een app die ook vastlegde waar de personen zich op dat moment bevonden. Bij het beantwoorden konden deelnemers ook aangeven in welke mate zij de omgeving waarin ze zich bevonden rustig, mooi of boeiend vonden. Volgens WUR blijkt daaruit dat hoe mooi een omgeving is, minder invloed uitoefent op het geluksgevoel dan de andere twee factoren. Die kennis kan worden toegepast bij de inrichting van stadsparken, aldus de onderzoekers.

Park belangrijk vanwege ligging

Hoewel stadsparken ‘maar’ op de zesde plaats staan als geluksbrenger, hebben ze veel invloed op het mentale welzijn van Nederlanders. Dat komt doordat parken voor veel Nederlanders dichterbij liggen dan bijvoorbeeld een strand of bos en daarmee relatief gemakkelijk en vaak te bezoeken zijn. En hoe vaker een bezoek wordt gebracht aan een groen gebied, hoe blijvender het effect op het welzijn. Nader onderzoek moet uitwijzen of het op de lange termijn de bezoekfrequentie, of het effect per bezoek is dat de meeste invloed uitoefent.