PFAS is de verzamelnaam voor een aantal chemische stoffen die bij hoge concentraties schadelijk kunnen zijn voor natuur en mens. Grond die te veel van deze stoffen bevat mag niet verplaatst worden. Dit levert problemen op bij bouwwerkzaamheden.

Volgens de minister is er door betrokkenen met veel inzet en onder hoge druk gewerkt aan een inhoudelijk en organisatorisch moeilijk dossier, maar had het toch op punten beter gemoeten. Veel projecten konden geen doorgang vinden, doordat er geen duidelijke richtlijnen waren over wat wel en niet mocht.

Daarnaast geeft ze toe dat een landelijke aanpak beter was geweest dan een regionale. Gemeenten zijn door decentralisatie belast met bodemtaken. Toen er uiteindelijk landelijke regie gevraagd werd, was er onvoldoende kennis en expertise aanwezig op de ministeries.

Omdat de problemen de wereld nog niet uit zijn, wordt er op dit moment nog gewerkt aan een definitief kader. Dit kader, waarin ook duidelijke normen zijn vastgesteld, wordt naar verwachting in 2021 vastgesteld.  

Om de PFAS-problematiek in de toekomst het hoofd te bieden, kwamen de opstellers (onder leiding van Harry Paul en Siebe Riedstra) van het evualatierapport met een aantal aanbevelingen. Hier probeert de minister gehoor aan te geven.  Zo is er onder meer een overlegstructuur opgetuigd waarin het Rijk zaken kan bespreken met ‘lagere overheden’ en andersom.

Ook wordt wordt de hulp ingeroepen van onderzoeksinstituten Deltares en het RIVM en wordt er gekeken naar kaders op het gebied van regel- en wetgeving in binnen- en buitenland. Samen met Duitsland, Noorwegen, Denemarken en Zweden wordt op juridisch gebied samengewerkt om zo de uitstoot van PFAS te beperken.