De krimpcijfers komen uit analyse van het CBS. Van alle regio’s was de krimp in Haarlemmermeer het grootst. In het tweede kwartaal kromp de economie daar tussen de 27 en 29 procent ten opzichte van een jaar eerder. Die krimp komt voornamelijk door het uitvallen van 80 tot 90 procent van de vluchten van en naar Mainport Schiphol. Haarlemmermeer is sterk afhankelijk van de luchtvaart en de daaraan gerelateerde dienstverlening. Ook de rest van Noord-Holland kreeg het zwaar te verduren. In de regio zit een sterke financiële en zakelijke dienstensector, denk aan de Zuidas, die ondanks corona nog redelijk kon draaien. De economische terugval komt dus primair door het wegvallen van het buitenlands toerisme.
Tekst gaat door onder afbeelding
Bron: CBS
Van nummer één naar onderaan
Vorig jaar was Haarlemmermeer nog één van de best presterende regio’s van Nederland. Die groei werd toen juist gestuwd door Schiphol. Gerlof Rienstra, directeur Rienstra Beleidsonderzoek en Beleidsadvies: ‘De regio profiteert enorm van de nabijheid van Schiphol, maar is door die specialisatie ook kwetsbaar. Schiphol heeft een belangrijke exportfunctie, dus als de internationale conjunctuur wankelt voelt Haarlemmermeer dat direct.’ De regio Almere, vorig jaar nummer twee in de economische de ranglijst, doet het nu relatief veel beter dan Haarlemmermeer. ‘Daar is een combinatie van leasebedrijven en verzorgende sectoren die tot nu toe minder gevoelig is voor de vraaguitval als gevolg van coronamaatregelen,’ licht Rienstra toe. ‘Dus wordt de regio minder hard geraakt.’
De Rijnmondregio, net als Haarlemmermeer sterk afhankelijk van internationaal transport via de Rotterdamse haven kent een relatief kleine krimp. Rienstra: ‘Het havenbedrijf registreerde een lager volume. Er komt in Europoort veel uit China binnen, dus de verwachting was dat deze regio het in het eerste halfjaar zwaar te verduren zou krijgen. Gezien de cijfers voor de gehele regio valt dat kennelijk toch nog mee. Rotterdam is dus minder kwetsbaar voor corona dan Haarlemmermeer’.
Industrie kan nog tweede klap krijgen
De impact van corona is in het tweede kwartaal ook in de oostelijke regio’s te zien. In bijvoorbeeld Twente, Achterhoek, Zuidwest-Overijssel en Midden-Limburg is de lichte groei omgeslagen naar een krimp tussen de 8 en 10 procent. Dit hangt samen met het grotere aandeel van de industrie. Vergeleken met bijvoorbeeld de bedrijfstakken financiële dienstverlening en informatie en communicatie, die meer zijn gevestigd in westelijke regio’s, is de industrie het zwaarst getroffen. De regio’s Noordoost-Noord-Brabant en Zuidoost-Noord-Brabant (beide -6 tot -8 procent) kennen ook veel industrie, maar de krimp in deze gebieden wordt gecompenseerd door de aanwezige dienstverlenende bedrijven.
Zullen de huidige krimpcijfers langdurige effecten hebben? Rienstra verwacht dat Haarlemmermeer en Noord-Holland snel weer op zullen krabbelen. ‘Deze regio’s zullen zich door de sterke economische structuur snel herstellen. Als coronamaatregelen internationaal versoepelen en we weer reizigers van buiten Nederland zien binnenkomen of overstappen, wordt de krimp als gevolg van het nu wegvallende toerisme snel gecompenseerd. In de loop van 2021 zullen zij weer de oude zijn.’ Hij vreest echter voor de nu al flink krimpende industrieregio’s. Hij legt uit: ‘Dé industrie bestaat niet. De zware industrie zoals de basismetaal- en de chemische industrie die nu het hardst geraakt is, bevindt zich in het begin van productieketens. Voor de maakindustrie, die later in de productieketen zit, moet de zwaarste klap door vraaguitval bij het overige bedrijfsleven nog komen.’
Een voorbeeld van een dergelijke industrie is de auto-industrie. Die vind je met veel toeleveranciers bijvoorbeeld in Zuidoost-Noord-Brabant (VDL, DAF) en Zuid-Limburg (Nedcar). Voor Noord- en Oost-Nederland verwacht Rienstra zo’n tweede neergang veel minder, want hier zit veel aan de landbouw gelieerde voedings- en genotmiddelenindustrie die minder conjunctuurafhankelijk is.