Van de 2000 Nederlanders die werden bevraagd, zegt ongeveer 60 procent na de crisis twee of meer dagen thuis te willen werken. 67 procent van de mensen die thuis hebben gewerkt, geven aan dit vaker te willen doen. Het ‘positieve sentiment’ kan benut worden om drukte in de spits te verminderen, aldus de ANWB. 'Mensen die geen alternatief hebben, kunnen zo comfortabel en zonder oponthoud reizen.' Daarom is het tijd dat werkgevers aan de slag gaan met een beleid. 

Of thuiswerken kan, is volgens 71 procent grotendeels afhankelijk van het beleid van de werkgever. Uit onderzoek door acht werkgeversnetwerken bleek vorige maand dat twee derde van de werkgevers verwacht dat thuiswerken na 1 september vanzelfsprekender zal zijn. Maar hoe de combinatie thuis en op kantoor werken vorm moet krijgen, dat is voor velen nog puzzelen. Vragen waar werkgevers mee zitten zijn bijvoorbeeld hoe zij thuiswerkende medewerkers op de lange termijn betrokken kunnen houden, hoe de sociale contacten en de binding met het bedrijf kan worden geborgd en wat thuiswerken doet met de fysieke en mentale gesteldheid van het personeel.

Ook het KiM concludeerde onlangs dat Nederlanders veel positiever staan tegenover thuiswerken en videovergaderen in vergelijking met het begin van de crisis. Daarnaast verandert de crisis ons reisgedrag op dagen dat we wél naar kantoor gaan. Ongeveer 28 procent van de Nederlanders die vóór de coronacrisis wel eens met het ov reisden, verwachten daar na de coronacrisis minder gebruik van te zullen maken. Daar staat tegenover dat 8 procent denkt na de crisis vaker gebruik te maken van het ov.