Er moet gezegd worden dat er wel progressie wordt geboekt. Op dit moment zetten ongeveer 200 gemeenten zich in om te voorkomen dat kinderen beginnen met roken. Eind vorig jaar lag dit aantal nog op 100, staat op de site van Op weg naar een Rookvrije generatie (een initiatief van het KWF, het Longfonds en de Hartstichting). Daarnaast blijkt uit het onderzoek van I&O dat driekwart van de gemeenten een rol speelt bij het rookvrij maken van locaties binnen de gemeente. Toch geven gemeenten zichzelf een 6,4. Een mooie voldoende, maar het predicaat ‘cum laude’ is nog ver weg.
Dit komt mede door het verschil in beoordelingen tussen verschillende gemeenten. De score is hoger (7,3) bij gemeenten die streven naar een Rookvrije Generatie en dit beleidsmatig hebben vastgelegd. Over het algemeen kan gesteld worden dat beschikbare tijd en middelen een remmende factor kunnen zijn, ook bij de actieve gemeenten. Daarnaast speelt ook de angst voor weerstand van rokers een rol. Onderzoeker Roy van der Hoeve stelt dat het ook met prioriteiten te maken kan hebben. Zo blijkt dat veel gemeenten alcoholgebruik en overgewicht nog ietsje hoger op het lijstje hebben staan.
Verbieden
Volgens hem helpt het in ieder geval als het college zich committeert aan het rookvrij van de gemeente. ‘Toch is het voor gemeenten niet altijd even gemakkelijk om bijvoorbeeld roken te verbieden. De verantwoordelijkheid in bijvoorbeeld attractieparken en dierentuinen ligt vooral in handen van de eigenaar.’
Grote gemeenten spelen vaker een actievere rol dan kleinere gemeenten. Patricia van Rossum van Gezondheidsfondsen voor Rookvrij zegt dat gemeenten nu nog meer steun via hun GGD krijgen. ‘Dankzij het Ondersteuningstraject Rookvrije Omgeving hebben alle GGD’s ?extra ruimte om hun gemeenten met menskracht en kennis bij te staan.? Om zo de drempel om aan de slag te gaan nog verder te verlagen. Dit kan bevorderend werken voor kleinere gemeenten.’
Sport
Wat kunnen en mogen gemeenten dan doen in hun strijd voor een rookvrije omgeving? Volgens het onderzoek van I&O spelen ze bezig met het rookvrij maken van buitensportlocaties (58 procent van alle gemeenten) en schoolterreinen (53 procent). Ook spelen ze een aanjagende rol bij het rookvrij maken van bijvoorbeeld sportveldjes en speeltuinen.
Gemeenten moeten natuurlijk wel handelen binnen een juridisch kader. Van Benthem & Keulen Advocaten lieten in opdracht van Op weg naar een Rookvrije Generatie een document opstellen waarin staat dat gemeenten best wat instrumenten hebben om roken (plaatselijk) te verbieden. Op grond van bijvoorbeeld het in stand houden van een veilige en gezonde leefomgeving.
Van Rossum verwijst naar de wijzigingen in Tabaks- en rookwarenwet. ‘Daarin wordt duidelijk toegelicht wat de ruimte van gemeenten is om rookvrije plekken aan te wijzen. Ze kunnen bijvoorbeeld via hun lokale verordening (APV) plekken rookvrij maken, zoals bushokjes of openbare terreinen in de buurt van scholen. Daarmee staat hen juridisch niks in de weg.’
Uitsluiten
Dat niet elke gemeente daar gebruikt van maakt, blijkt uit een voorbeeld van de Gemeente Utrecht (aangesloten bij op weg naar een Rookvrije Generatie). Sommige inwoners en ondernemers willen de wijk Oog in Al rookvrij maken. Verantwoordelijk wethouder schreef een jaar geleden aan de raad dat de openbare ruimte van iedereen is en hij mensen niet wil uitsluiten. ‘Een beleid gericht op verbieden en handhaven past daar niet bij.’
Dat er nog wel moet gebeuren om de overheidsdoelstelling te halen, bleek uit een onderzoek van het Trimbos instituut. Hoewel het percentage rokers afneemt, is het aantal rokers in de leeftijdsgroep 20-24 onverminderd hoog. 1 op 3 jongeren in deze leeftijdsgroep steekt regelmatig een sigaret aan.
Marc Willemsen, programmahoofd tabak van het instituut, laat op de site van Trimbos weten dat marketing die gericht is één van de oorzaken is. Ook moet er volgens hem naar onderliggende problemen als te veel stress gekeken worden.
Betutteling
Is het wel aan de overheid om roken te verbieden en moeten gemeenten niet doorslaan in een vorm van betutteling? Driekwart van de Nederlandse inwoners pleit voor actief rookvrij beleid, staat in een onderzoek van Kantar.
Volgens het CBS werd in 2015 in Nederland 2,4 miljard euro besteed aan zorg aan ziektegevallen die door roken zijn veroorzaakt. Het gaat om (long)kanker, COPD, hart- en vaatziekten en diabetes. Het ging toen om 2.8 procent van de totale zorgkosten. Het volledig uitbannen van roken leidt, in verband met stijgende levensverwachting, wel tot hogere zorgkosten. Ontmoedigingsbeleid door de overheid leiden ondanks deze stijging wel tot netto baten voor de samenleving.
Afgelopen jaar waren er in Nederland ongeveer 3 miljoen volwassen rokers. Mensen met een lage of middelbare opleiding roken vaker, net zoals mensen met een migratieachtergrond. Rokers zijn vaker man dan vrouw. Op basis van CBS-cijfers over 2016 blijkt dat vooral de GGD-regio’s Amsterdam, Rotterdam-Rijnmond, Drenthe en Groningen hoog scoren qua percentage rokers.