Nergens ter wereld staan zoveel laadpunten per vierkante kilometer als in Nederland. Toch is het nog niet genoeg. Het kabinet wil dat in 2030 alle auto’s die nieuw de weg op komen helemaal zonder uitlaatgassen rijden. Naar verwachting zijn er op dat moment zo’n 1,9 miljoen elektrische auto’s, die samen ongeveer 1,7 miljoen laadpunten nodig hebben. Om dat te faciliteren zijn in 2021 213 nieuwe laadpunten per werkdag nodig, en in 2025 550. De palen moeten zowel in de straat voor particulieren, als bij bedrijventerrein voor bussen en vrachtwagens komen.

Om die de hoge frequentie te halen, gaan zes regio’s samen met netbeheerders en het ministerie van IenW aan de slag om ‘slim’ meer laadpalen te plaatsen in heel Nederland. Dat moet geld, tijd en eenduidigheid voor gebruikers opleveren. Vandaag bekrachtigen de partijen hun samenwerking.

Staatssecretaris Van Veldhoven: ‘Elektrisch rijden heeft veel voordelen. Om die maximaal te benutten moet je er wel van op aan kunnen dat je je auto overal in Nederland makkelijk kunt opladen. Dat vraagt de komende jaren nog veel werk. Daarom vind ik het mooi dat we samen met gemeenten, provincies en netbeheerders vandaag deze stap zetten op weg naar een landelijke dekkend netwerk van laadpalen.’

De zes regio’s zijn:

  1. Provincies Zeeland en Zuid-Holland
  2. G4 (Amsterdam, Den Haag, Rotterdam, Utrecht)
  3. MRA Elektrisch (provincies Noord-Holland, Flevoland, Utrecht)
  4. Provincies Groningen, Fryslân en Drenthe,
  5. Provincies Overijssel en Gelderland
  6. Provincies Noord-Brabant en Limburg

De in de regio meewerkende netbeheerders denken vooraf mee over waar aansluitingen op het stroomnet komen en hoe het stroomnet het best belast kan worden. Het Rijk trekt 15 miljoen euro uit om de regio’s te helpen bij de aanleg van een landelijke dekkend netwerk. De regio’s leggen hetzelfde bedrag bij.