Drie kwart van de burgers vindt dat gemeenten hen – juist in de huidige situatie – digitaal moeten betrekken. Dat blijkt uit onderzoek door onderzoeks- en adviesbureau Citisens onder 55.000 inwoners. De drie thema’s waar burgers het meest bij betrokken willen worden zijn leefomgeving, veiligheid en zorg. Qua gebiedsontwikkeling in de leefomgeving staat het thema natuur op nummer één.
Wie is de burger?
De hamvraag: hoe doe je dat? Hoe bereik je inwoners? Op welke manier worden burgers betrokken — en blijven zij dat ook op de langere termijn? ‘Zorg ervoor dat je je inwoners leert kennen’, zegt Machteld Beekhuis van Citisens. ‘Wie zijn ze en hoe willen ze participeren? Het uitgangspunt is dat dé Nederlander niet bestaan.’
De mate waarin mensen betrokken zijn, valt tot op zekere hoogte te voorspellen
De mate waarin mensen betrokken zijn, valt tot op zekere hoogte te voorspellen. Aan de hand van twee pijlers, betrokkenheid bij de eigen leefomgeving en het vertrouwen in de overheid, stelde Citisens acht betrokkenheidsprofielen samen, die helpen voorspellen of mensen willen participeren als de overheid daarnaar vraagt. Zo is de ‘gevestigde beïnvloeder’ iemand die uit zichzelf naar inloopavonden komt. De ‘honkvaste buurtbewoners’ heeft weinig vertrouwen in de overheid en is daarmee een lastige om bij plannen te betrekken, maar is wél actief binnen de eigen buurt. Als je weet waar mensen met welke profielen wonen, kun je hier je aanpak op aanpassen, zegt Beekhuis. ‘Belangrijk is dus om te kijken: waar ga ik aan de slag.’
Het grootste deel van de inwoners denkt het liefst mee met plannen voor de leefomgeving, zegt Beekhuis. ‘Je kunt ze dus goed betrekken bij de plannen waar je mee aan de slag gaat. Dat is een online enquête ook uitermate geschikt voor.’ Iemands betrokkenheid met de eigen leefomgeving en diens vertrouwen in de overheid, heeft ook invloed op de vraag via welk kanaal je het beste kunt communiceren. Over alle groepen heen willen mensen meedenken middels een online enquête. Een aankondigingsbrief vooraf, met daarin een link, werkt goed om te zorgen dat mensen deelnemen.
Goed om te weten is dat inwoners vooral gehoord willen worden. ‘Slechts 3 procent van de burgers wil dat de gemeente daadwerkelijk doet wat zij willen.’
Kansen online
Gemeente Diemen heeft de afgelopen tijd al ervaring opgedaan met online participatie. Nog voordat er sprake was van corona, werd het plan opgevat met input van onder meer inwoners, gemeenteraad en de interne organisatie een omgevingsagenda met belangrijke onderwerpen op te stellen. Dit wordt met bijeenkomsten en participatiemethoden uitgewerkt in een omgevingsvisie.
Via sociale media worden mensen prikkelende stellingen voorgelegd
‘In eerste instantie wilden we voor de omgevingsagenda de straat opgaan. Dat kon helaas niet doorgaan. We hebben gekeken of we het proces voor de omgevingsagenda online door kunnen laten gaan. Dat kan, omdat we in de verkenningsfase zitten’, vertelt Nadine Onrust, via BMC projectmanager omgevingsvisie bij de gemeente Diemen. ‘Tot nu toe verloopt dat heel voorspoedig.’
Diemen heeft een website voor consultatie, organiseert een interactieve talkshow en benadert burgers via sociale media. Via sociale media worden mensen bijvoorbeeld prikkelende stellingen voorgelegd, waarbij zij in een tegenstelling moeten kiezen tussen onderwerpen die zij het meest belangrijk vinden. Denk aan horeca versus cultuur. ‘Dat zijn lastige dilemma’s, maar het helpt om alvast een gesprek op gang te brengen.’
Valkuilen
Onrust is tevreden over de opkomst bij digitale participatie. Wel geven velen aan dat online sessies hen meer concentratie en energie kosten, zegt zij. Daarnaast werd tijdens het webinar nog een aantal nadelen van digitaal werken besproken. Zo is het tijdens een online bijeenkomst lastiger om gevoelens en gedachten van deelnemers te peilen en heb je minder goed zicht op wie er nog niets heeft gezegd. En discussies hebben minder diepgang; deelnemers houden eerder hun mond of spreken weloverwogen.
Online discussies hebben minder diepgang
Hoe ga je binnen participatie om met mensen die niet (goed) kunnen lezen of de Nederlandse taal niet machtig zijn? Beekhuis: ‘Zorg dat je het heel visueel maakt. Maak met plaatjes duidelijk waar je mee aan de slag gaat. Zorg dat je de tussenpersonen kent. En wat wij ook vaak doen is in trajecten een 0800-nummer beschikbaar stellen waar burgers iemand aan de lijn krijgen die hen kan helpen.’
Als de verkenningsfase overgaat naar dialoog, hoopt Diemen online en offline te kunnen combineren. Na de zomer wil de gemeente ook echt de interactie opzoeken. Dan is het toch prettig om mensen ook offline te spreken, zegt Onrust.
Tips
Aan de hand van de eerste ervaringen deelt Nadine Onrust de volgende tips voor digitale participatie:
- Organiseer interactie, bijvoorbeeld via een quiz, poll of Q&A;
- Laat voor de levendigheid de microfoons tijdens online sessie open staan;
- Blijf bij de bekende kanalen, zodat je niet teveel tijd verliest aan het verdiepen in nieuwe tool;
- Verdeel participanten in groepjes, zodat zij onderling kunnen overleggen;
- Verdeel de rollen, zoals die van een gespreksleider;
- Zorg voor een goede voorbereiding. Laat deelnemers van tevoren input en vragen aanleveren;
- Check regelmatig de energie van de groep.