Deze column verscheen eerder in vakblad ROm, vakmagazine over de fysieke leefomgeving. ROm is gratis voor ambtenaren in dat domein.
Een reset of herstart is het opnieuw starten, vanaf het beginpunt. Dat veronderstelt dat we al gestart zijn. Maar dat is natuurlijk niet zo. In alle regio’s wordt hard gewerkt aan de concept- RES’en. Die kunnen er, mits corona niet zorgt voor vertraging, allemaal voor 1 juni komen, daarvan ben ik overtuigd. Dat laatste vraagt een heel eigen participatietraject op het moment dat dat zinvol is. Daar kom ik graag een andere keer uitgebreid op terug.
So far so good. Maar ondertussen vliegen “de aanmoedigingen” ons om de oren. Ook van jou. “Die 35 tWh wordt niet gehaald, (rijks)overheid grijp in”, “We maken ons grote zorgen over het democratisch proces”, “Ze worden het nooit eens”, en ga zo maar door. Nou dat helpt – maar niet heus. Dat is lekker als je in een intensief proces in je regio bezig bent, dat de tegenwind alvast van buiten af aangewakkerd wordt. Weleens van selffulfilling prophecies gehoord? En ja, ik ken ook politieke en maatschappelijke stromingen die het fijn zouden vinden als het proces zou mislukken. Ik hoor daar niet bij en ik geloof het ook niet. Ik kom heel veel betrokken en bevlogen bestuurders tegen die volop gemotiveerd zijn om voor hun regio het onderste uit de kan te halen, de ultieme balans te vinden tussen opwek, ruimtelijke potentie en draagvlak. Maar mogen ze daar dan wel even de tijd voor hebben. Mogen ze dan wel tot en met 1 maart 2021 de tijd hebben om hun RES 1.0 te maken?
‘Ik kom veel betrokken en bevlogen bestuurders tegen die volop gemotiveerd zijn het onderste uit de kan te halen’
En dan over de ruimtelijke kwaliteit. Ik ben persoonlijk een groot fan van “route 35” van het College van Rijksadviseurs. Voor het goede begrip citeer ik wat ze er zelf over zeggen: “Dit stuk is geen plan of blauwdruk, het heeft geen formele status, en is dus ook zeker geen Rijksplan. We pretenderen hiermee niet een allesomvattend, compleet en integraal antwoord te geven op het zeer complexe vraagstuk van de energietransitie. Zo gaan we bijvoorbeeld niet of maar beperkt in op zaken als governance, participatie, kosten en opbrengsten. Dit stuk is een ontwerpend onderzoek”.
Het advies gaat dus wat mij betreft over één van de puzzelstukjes in de complexe puzzel die RES heet. Al die puzzelstukjes moeten in de RES gelegd worden. Dat is de enige plaats waar dat kan. Decentraal, dichtbij en deskundig. Leidt dat dan tot de door jou zo gevreesde verrommeling van het landschap, de confetti van windmolens en zonneweides? Als ik in mijn eigen regio om me heen kijk, is het tegenovergesteld waar. Daar waar Flevoland wat windmolens betreft wat weg had van hagelslagplanologie, zie je dat we met ons gezamenlijke regioplan minder molens krijgen, die meer vermogen leveren en zich via lijnopstellingen voegen in het landschap. Het wordt er in ruimtelijk opzicht beter van.
Ook voor zon maken we goede afspraken en afwegingen, waarin inpassing in het landschap een belangrijke bouwsteen is. “De omvang en inpassing van een zonnepark is afhankelijk van omgevingskenmerken, passend bij de schaal van het landschap, van die plek”, zo hebben we het afgesproken.
‘Er RESt ons tijd, laten we die gebruiken!‘
En dat kan ook niet anders. Niet alleen het rijk of haar adviseurs staan aan de lat voor landschappelijke kwaliteit, maar ook gemeenteraden en Provinciale Staten. Het gebeurt immers in hun landschap. Die discussie wordt integer en fel gevoerd. Ook daarop zullen ze hun RES 1.0 beoordelen. Niet voor niets hebben ze daar zelf het laatste woord in; zij besluiten gezamenlijk over de RES’sen.
Mijn advies: er RESt ons tijd, laten we die gebruiken! En laten we tegen de tijd dat we de RES 2.0 moeten maken (1 maart 2023) bekijken we of een reset nodig is, of dat het systeem gewoon keurig opgestart is.