Dit komt volgens hem doordat de kosten nog te hoog zijn, de klimaatwinst afwezig en er achter de voordeur nog best wat moet gebeuren. ‘Het aanbod van duurzame waterstof is te beperkt en wat wel voorhanden is wordt gebruikt voor bijvoorbeeld industrie of transport. Voor de gebouwde omgeving zijn al andere mogelijkheden beschikbaar.’
Hiermee sluit Ten Brinck aan bij het zogenoemde ‘working paper’ van Stedin, een netbeheerder die experimenteert met waterstof. In dit paper staan vergelijkbare conclusies. ‘Of waterstof na 2030 een grote rol gaat spelen in de gebouwde omgeving, hangt van een aantal factoren af. De kostprijs van waterstof, de kosten van alternatieven (waaronder andere duurzame gassen), de prijs die de bewoner bereid is te betalen, het beleid dat de overheid voert (wetgeving, fiscaliteit, subsidie, etc.), de belasting van CO2 en de elektriciteitsprijs’, staat beschreven in het paper.
Pilot
Ten Brinck vindt het desondanks wel goed dat de netbeheerder aan de slag gaat met pilotprojecten. ‘Je vergaart kennis en dat kan weer gedeeld worden, dat is altijd goed. Voorlopig is wereldwijd het terugdringen van C02 de grootste uitdaging. Dan moet je eerst kijken naar andere toepassingen.’
Op de vraag wat andere mogelijkheden zijn om huizen te verwarmen geeft Ten Brinck toe dat zijn antwoord flauw is: ‘Dit verschilt echt per type woning en gebied. Waar je bijvoorbeeld in dichtbebouwde wijken kan denken aan een warmtenet, heb je voor een groter huis in het buitengebied vaak een warmtepomp nodig. Voor lastig te isoleren monumenten is veel te winnen met een hybride warmtepomp. Het resterende aardgasverbruik wordt daar misschien geleidelijk vervangen door biogas.’
De regering wil dat de CO2-uitstoot voor het verwarmen van woningen in 2050 naar 0 is gereduceerd. Het aardgasvrij maken van wijken moet hiervoor zorgen. Als alternatief wordt waterstof vaak genoemd.
Waterstof is een brandbaar gas dat zonder CO2-uitstoot omgezet kan worden in elektriciteit. Deze stroom kan weer omgezet worden in warmte. Waterstof kan je uit alles maken. Uit fossiele brandstoffen, de grijze variant, of uit aardgas, de eerdergenoemde blauwe variant. Groene waterstof wordt gemaakt uit bijvoorbeeld zonne- en windenergie. Is waterstof dan een optie voor de lange termijn? Ten Brinck: ‘Alles is mogelijk. In de gebouwde omgeving het meest waarschijnlijk als grote of kleine niche.’