Amsterdam is met 83 duizend weggehaalde rijwijlen koploper fiets verwijderen. Op gepaste afstand volgen Den Haag (34.000), Utrecht (21.599) en Rotterdam (21.455). De meeste kans op fietsverwijdering heb je in Leiden. In de Sleutelstad worden 103 fietsen per 1000 inwoners verwijderd.
De Zuid-Hollandse gemeente Leiden is een van de gemeenten die fietsen in verschillende categorieën indeelt. Zo heb je de foute fiets, die in de buurt van het station buiten de fietsenrekken staat. De weesfiets, die langer dan twee weken aaneengesloten in het stationsgebied op dezelfde plek staat. Het fietswrak dat in verwaarloosde toestand verkeert. Daarnaast heb je de verkeerd geparkeerd fiets. Die staat bijvoorbeeld hinderlijk voor een ingang of staat onveilig geparkeerd. Ten slotte: de gevonden fiets. Deze kunnen gemeld worden bij de gemeente.
Een woordvoerder van Leiden bevestigt de cijfers. ‘Er zijn vooral meer fout gestalde fietsen weggehaald. Het aantal weesfietsen dat is weggehaald, daalde licht. Dit geldt ook voor het aantal wrakfietsen.’ In het jaarverslag van de Handhaving openbare orde Leiden staat dat wrakfietsen, ondanks de daling, hoog op het prioriteitenlijstje staan. Fietswrakken vergen daarnaast continu aandacht, omdat er telkens weer nieuwe fietswrakken zijn. ‘Vorig jaar is er een hele grote opschoonactie in de binnenstad geweest, maar tegenwoordig wordt dit dagelijks bijgehouden en is er ook in de Clean Sweeps extra aandacht voor’, staat beschreven.
Ook wordt duidelijk er in 2018 en 2019 door boa’s en fietstoezichthouders meer inzet is gepleegd op fietsen. Daarnaast is er een grotere wagen aangeschaft, zodat er meer fietsen tegelijk opgehaald kunnen worden. De redenen van het gemeentelijke fanatisme om fietsen te verwijderen zijn het vrijhouden van de calamiteitenroute rondom het stationsgebied. Ook spelen bereikbaar- en leefbaarheid een rol.
Deelfiets
Het lijkt er dus niet op dat de opmars van de deelfiets hand in hand gaat met minder verwijderde fietsen. ‘Het gebruik van deelfietsen zou op grote schaal (goed) moeten verlopen, wil het enig effect hebben op het aantal zwerf- of weesfietsen. Dit is in Leiden (nog) niet het geval’, laat de woordvoerder van de gemeente Leiden weten.
Op de vraag wat gevestigde initiatieven voor deelfietsen opleveren op het gebied van zwerffietsen, antwoordt een woordvoerder van gemeente Amsterdam (zij deelt fietsen in drie categorieen in: ongebruikte fietsen, verwaarloosde fietsen die opgeknapt kunnen worden en "fietswrakken") dat er het afgelopen jaar niet minder, maar juist meer fietsen afgeleverd zijn bij het fietsdepot. Amsterdam gaat de komende twee jaar kleinschalig experimenteren met deelfietsen. ‘We willen de kansen die deelmobiliteit biedt graag goed benutten voor de stad. Tegelijk hebben we met de komst van deelfietsen in 2017 gezien wat er gebeurt als we geen duidelijke grenzen stellen aan het aanbod en de aanbieders. Met dit nieuwe beleid combineren we het beste van twee werelden.’
Parkeerplekken
Uit onderzoek van de Fietsersbond blijkt er te weinig fietsparkeerplekken zijn in 20 procent van de Nederlandse gemeenten. Juist de steden waar veel fietsen verwijderd worden scoren benedengemiddeld wat betreft voldoende parkeerplekken. Het gaat dan naast de eerdergenoemde steden ook om Groningen en Nijmegen. Utrecht scoort beter. Veenendaal, Rijssen-Holten en Houten zijn gemeenten die voldoende parkeerplekken hebben.
Verwijderde fietsen kunnen bij gemeentedepots worden opgehaald. De Volkskrant schrijft dat een derde van de fietsen weer wordt opgehaald bij het fietsdepot. Dit kost gemiddeld 19.50 euro. Levert dat ophalen en bewaren van de zwerffietsen problemen op?
(Tekst loopt verder onder de afbeelding)
De Dam voor en na een opruimactie (beeld: gemeente Amsterdam)
‘Meer fietsen betekent meer opslag en meer handelingen dus meer kosten', zegt de woordvoerder van Amsterdam. 'Tegelijkertijd zien we ook dat de openbare ruimte veel aantrekkelijker wordt. Het openen van nieuwe fietsparkeerkelders helpt daar ook bij. De Dam is nu bijvoorbeeld een stuk aantrekkelijker nu de Beurspleinstalling open is. Dit geldt voor meer locaties zoals het Amstelstation, Stations Zuid, de Hallen en metrostation Noord ‘Gare du Nord’. Parkeren op maaiveld is veelal vervangen door inpandig fietsparkeren. De inzet van coaches stimuleert dit gebruik extra omdat zij de fietsers wijzen op de fietsparkeerregels en niet ‘even snel’ hun fiets op straat parkeren waar dit niet mag. In de praktijk blijkt dat circa 15% van de fietsen die op straat staan geparkeerd, niet meer gebruikt worden.’
Fietsen die niet worden opgehaald, worden vaak niet weggegooid of vernietigd. Zo worden in Amsterdam fietsen die langer dan zes weken bij het depot staan gedoneerd aan sociale, commerciële en innovatieve partijen en goede doelen. Ook gaan er soms fietsen naar projecten in het buitenland.
Het stuk van de Volkskrant waar in dit artikel aan wordt gerefereerd is te vinden via deze link.