Dit interview komt uit het boek ‘Een slimme stad, zo doe je dat – Verbonden, flexibel en betekenisvol; maak de echte future city’, geschreven door de Future City Foundation in samenwerking met 26 partners. Wilt u meer lezen? Klik hier om het boek (gratis) te bestellen.

Amersfoort is een van de voorlopers op het gebied van smart city’s. De gemeente is bijvoorbeeld een van de pilotgemeenten in het Snuffelfiets-project, waarin door fietsende burgers data worden verzameld over luchtkwaliteit, fietsgedrag en de samenhang daartussen. Die data kun je gebruiken om tot betere beslissingen te komen, leggen wethouders Astrid Janssen (ruimtelijke ordening) en Fatma KoÅŸer Kaya (economie en smart city) uit.

Dergelijke dataverzameling staat ook aan de basis van de digital twin. Kort en simpel is een digital twin een digitaal 3D-model van een object of systeem. Dat kan een eenvoudige machine als het kopieerapparaat zijn, maar ook een stad of een verzameling van steden. Doel van elke digital twin is inzicht geven in het functioneren van het object of systeem. Met dat inzicht kunnen voorspellingen worden gedaan, zoals de impact van een stedenbouwkundige ingreep op een stad. Daarvoor zijn wel grote hoeveelheden data nodig.

Wat betekent de digital twin voor u als wethouders?

KoÅŸer Kaya: ‘Ik wil benadrukken dat een digital twin voor mij niet gaat over sensoren. Het gaat niet over het verzamelen van data, maar over het gebruik daarvan. Een digital twin is een digitaal model van de stad, waarmee wij ons werk beter kunnen doen. En ja, daarvoor heb je data nodig.’

Janssen: ‘Maar je hoeft echt niet alles wat gemeten kan worden de hele dag te weten. Dat is niet nodig. Het begint bij het maken van een robuust ontwerp, gebaseerd op kennis en data. Sensoren helpen bij het vergaren van die data.’

‘Ons werk beter doen,’ zegt u. Hoe dan?

KoÅŸer Kaya: ‘Ik zie belangrijke kansen. Ten eerste dat het je helpt om je beslissingen beter te onderbouwen. Je weet in de ontwerpfase beter wat de effecten zijn van de keuzes die je maakt, waardoor je een beter eindresultaat krijgt. Daarbij kun je ook veel beter rekening houden met de wensen van de verschillende belanghebbenden, waardoor je achteraf minder verrassingen tegenkomt en minder hoeft te herstellen of aan te passen.

Als je de digital twin ook gebruikt in je contact met bewoners, kun je mensen veel bewuster laten meedenken. Omdat ze zien wat de effecten zijn van de ingreep, positief en negatief, en daar ook over kunnen meedenken, creëer je eigenaarschap. Tenslotte kun je ook verbanden ontdekken die je nu misschien niet ziet, of waar je niet voldoende rekening mee houdt. Ook dat leidt tot betere resultaten.’

Hoe beïnvloedt de digital twin besluitvorming in de gemeenteraad?

Janssen: ‘De digital twin leidt tot meer kennis en meer inzicht in de effecten van een verandering in de stad. Ik ben benieuwd of dat tot een zorgvuldiger besluitvorming leidt. Je verwacht dat als er meer kennis is over de effecten, de discussie minder vanuit de onderbuik gevoerd zal worden. Maar dan moet je die effecten wel vertalen naar politieke afwegingen.

Stel dat je een weg afsluit, dan zou het voor de ene partij relevant kunnen zijn hoe en voor wie de luchtkwaliteit verbetert en voor de ander hoe en voor wie de bereikbaarheid verslechtert. Als je dat inzicht hebt voordat je een beslissing neemt, kan dat leiden tot een zuiverder politieke afweging.

Belangrijk is dan wel dat je bij een digital twin ook de indirecte effecten ziet en dat er vertrouwen is dat de berekeningen kloppen. Het is zeker niet gemakkelijk om dit goed te onderbouwen. En of het dan lukt een zuiverder politieke afweging te maken, weet ik niet zeker. Daar is ook moed voor nodig.’

En hoe zit het met het contact tussen politiek en burgers?

KoÅŸer Kaya: ‘Als je bewoners betrekt bij je beslissingen krijg je een beter eindresultaat omdat je weet wat ze willen. Je kan ze letterlijk laten zien wat je van plan bent en wat de effecten zijn. Zoals gezegd leidt dat tot meer eigenaarschap. Daarbij kan je op den duur ook beter voorspellen wat mensen willen, omdat je ze kent, waardoor je betere plannen maakt. Dat doen we natuurlijk nu ook al. We houden altijd rekening met bewoners, maar dat kan verbeteren met behulp van een digital twin.’

Janssen: ‘Als het lukt om een transparanter proces te volgen en meer inzicht in de daadwerkelijke effecten van een besluit te delen met inwoners, kunnen ook de tegenstanders van een besluit zich hopelijk meer vinden in de uitkomst. De door tegenstanders ervaren procedurele rechtvaardigheid wordt dan groter. En dat is belangrijk voor het vertrouwen in de politiek.’

Een belofte van digital twins is het doorsnijden van kokers. Verwacht u dat ook?

KoÅŸer Kaya: ‘Ik weet niet of het direct tot minder verkokering leidt, maar zeker tot meer transparantie. Je kijkt als het ware door de muren van de kokers heen. Het leidt ook tot meer verbanden tussen mensen die aan hetzelfde onderwerp werken.

Kijk naar de rijksoverheid en neem bijvoorbeeld de woningbouwopgave. Daar wordt vanuit het ministerie van BZK aan gewerkt omdat het een ruimtelijke opgave is. Vanuit I&W omdat woningbouw impact heeft op het milieu en ook vanuit omgevingsveiligheid. Vanuit EZK wordt weer regelgeving gemaakt over klimaatdoelstellingen.

Drie ministeries, en binnen die ministeries weer verschillende directies, die gaan over onze woningbouwopgave. Dat is ook voor hen heel ondoorzichtig. Daar kan een digital twin echt bij helpen. Daar zie je echt weer hoe meer inzicht tot betere besluitvorming kan leiden.’