Dat blijkt uit onderzoek door adviesbureau Republic. Van het overig gemeentelijk vastgoedbezit blijkt 2,6 miljoen vierkante meter een woonfunctie te hebben. In totaal gaat het om bijna 30.000 woningen. Dit is een diverse verzameling: tijdelijk bezit voor gebiedsontwikkeling, woningen voor statushouders, ambtswoningen, tijdelijke woningen voor arbeidsmigranten, woningen in monumentale pandenof standplaatsen. En in enkele gevallen is nog sprake van een gemeentelijk woningbedrijf.

Zo’n 3,4 miljoen vierkante meter heeft een maatschappelijke functie anders dan sport, onderwijs, cultuur of welzijn. Hierbij valt te denken aan kerken, begraafplaatsen of atelierruimtes. Of het betreft bijzonder bezit waarvoor simpelweg geen andere eigenaar is die er op dit moment een zinvolle en rendabele exploitatie in ziet. Denk hierbij aan brugwachtershuisjes of monumentale torens.

Ten slotte heeft ruim 6,3 miljoen vierkante meter een commerciële functie, omgerekend zo’n 20% van het totale gemeentelijke bezit. Een deel van dit vastgoed kan door de gemeenten verworven zijn om vervolgens in te zetten in een gebiedstransformatie. Denk bijvoorbeeld aan leegstaande kantoren of winkels. Maar het overgrote deel van het gemeentelijk bezit met een commerciële functie zal verhuurd zijn aan een derde partij, stelt Republic. Denk hierbij aan de 4.000 panden met een kinderopvangfunctie.

Volgens de wet Markt & Overheid mogen overheden niet concurreren met bedrijven. Dit vraagt volgens Republic om transparantie van het vastgoedhandelen van gemeenten met name voor het deel van het gemeentelijk bezit dat geen maatschappelijk doel dient. Gemeenten zouden zichzelf volgens Republic daarbij de volgende vragen kunnen stellen: Is hier sprake van een marktconforme exploitatie? Is verkoop een optie? Opbrengsten uit verhuur of verkoop kunnen zo worden ingezet voor andere maatschappelijke opgaven.