In Nederland is de single bezig aan een gestage opmars. Nog maar 25 jaar geleden woonden iets meer dan twee miljoen Nederlanders alleen achter een voordeur. Het aantal eenpersoonshuishoudens is inmiddels opgelopen tot drie miljoen. Over tien jaar wordt de mijlpaal van drieënhalf miljoen gepasseerd. Toch zijn de consequenties van een leven alleen nog niet overal bij iedereen doorgedrongen. In het programma De vakantieman van Omroep Max klagen singles dat zij op vakantie voor een hotelkamer relatief duurder uit zijn dan partners die samen een kamer huren. Als je de prijs per persoon omrekent is dat inderdaad zo.

Huurquote single hoger

Toch is dat niet vreemd. De meeste hotels zijn nog steeds ingesteld op koppels of gezinnen met kinderen die een kamer delen. De huurprijs heeft onder meer te maken met het oppervlak van de hotelkamer en gebruik daarvan door twee volwassenen. Koppels kunnen de kamerhuur dus delen.

Waarom dus klagen als single? Het is immers niet anders dan wanneer je een huis huurt. Je betaalt voor de vierkante meters. Een verhuurder geeft geen reductie op de huurprijs als je de beschikbare vierkante meters als eenling wilt gebruiken. De stichtingskosten zijn een vaste kostenpost. Het maakt niet uit of je als huurder alleen komt of met zijn tweeën.

Als koppel kun je de huur delen. Zeker in een tweeverdienerssamenleving tikt het partnervoordeel aan en loont het om een liefde te vinden. Liefde is zo gezien meer dan ‘vlinders in de buik’, het kan economisch voordeel beiden. Die kille realiteit zie je terug in de statistiek.

Volgens CBS data is het jaarlijks besteedbaar inkomen van een eenpersoonshuishoudens gemiddeld €23.000. Dat is minder dan de helft van de €54.000 van een koppel. Dat het inkomen minder dan de helft is kan voor een deel worden verklaard door het feit dat partners relatief vaker midden in hun carrière staan en singles vaker aan het begin van hun carrière of al gepensioneerd zijn. Maar hoe dan ook, feit blijft : singles krijgen overduidelijk minder euro’s in het laatje om uit te geven. 

In je eentje wonen is daarmee ook relatief duur. Zeker als je al single een even grote eengezinswoning of een even groot appartement bewoont als een koppel. Eenpersoonshuishoudens zijn dus niet alleen op vakantie maar ook in de rest van het jaar een groter deel van hun inkomen kwijt aan wonen dan partners. Want partners kunnen hun euro’s bij elkaar leggen, waardoor de woonquote (aandeel wonen in het huishoudinkomen) geringer wordt. Tegenover een woonquote van 27 voor koppels staat een van 41 voor eenpersoonshuishoudens   De woonquote voor singels ligt dus circa 50 procent hoger. Het zijn juist de singles die relatief meer uitgeven aan wonen.

Meer kleine woningen nodig?

Wat te doen? Uiteraard kunnen hotelbouwers proberen meer diversiteit in kamergrootte te brengen. Om de prijs voor singles te drukken zouden er meer micro hotelkamers ontwikkeld kunnen worden. Dat past het beter bij de inkomens van eenpersoonshuishoudens op vakantie.

Maar wie verder kijkt dan de komende vakantieperiode begrijpt dat het zelfde geldt voor de woningbouw. De breekbaarheid van relaties blijft toenemen, nogal wat exen blijven op langere duur liever alleen. Vanwege de op ons afkomende vergrijzing zullen velen langer zelfstandig en alleen blijven wonen. De vraag naar betaalbare woningen voor alleenstaanden zal blijven toenemen. Om de woonquote voor het toekomstige leger alleenstaanden te drukken zullen meer compacte kleine woningen gebouwd moeten worden. Door vergrijzing komen immers nog honderdduizenden alleenstaanden er bij. Het alternatief is: iedereen gaat op zoek naar de ware liefde en boekt pas daarna zijn of haar vakantie.