Zo staat Nederland vol met ‘bloemkoolwijken’ uit de jaren zeventig, ingericht voor het gezin. Nog even en deze wijken raken over datum: kinderen verlaten het huis en ouderen blijven achter in een wijk die niet in hun behoeften kan voorzien. Hoe kunnen kwetsbare groepen dan thuis blijven wonen?
Kennis- en netwerkorganisatie Platform31 grijpt dit vraagstuk aan en roept met het innovatieproject ‘langer thuis’ gebiedscoalities op zich aan te sluiten om wooninnovaties voor een inclusieve wijk te versnellen. Ouderen en mensen met psychische problemen behoren tot de doelgroep. ‘Wanneer je wil dat mensen lang thuis blijven wonen moet dit ook echt sociaal en ruimtelijk mogelijk worden gemaakt’, zegt Annette Duivenvoorden, projectleider van dit programma.
Gemeenten kunnen het niet alleen
In het Lente-akkoord van 2012 Sprak het kabinet af dat inwoners zo lang mogelijk zelfredzaam moeten blijven. De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) legt sinds 2015 de verantwoordelijkheid bij gemeenten. In 2040 bereikt het aantal 65-plussers het hoogtepunt, blijkt uit de bevolkingsprognose van het CBS. Het aantal verzorgingstehuizen neemt echter gestaag af. Het huidige beleid oefent een grote druk uit op de gemeenten. ‘Gemeenten concluderen dat de integrale aanpak tussen wonen, ruimte en Wmo niet zomaar tot stand komt’, aldus Platform31.
Arts, Aldi, Apotheek
In wijken die gebouwd zijn voor gezinnen, zoals de bloemkoolwijk uit de jaren 70, wonen nu ouderen die andere behoeften hebben. ‘Voor senioren die willen doorverhuizen bestaan te weinig woningvariaties. Het ontbreekt aan samenwoonvormen die daar op inspelen’, zegt Duivenvoorden. Bovendien is het aantal voorzieningen in veel wijken ondermaats, signaleert Platform31. Voor ouderen met een rollator moet de triple A: ‘Arts, Aldi en Apotheek’ op loopafstand of met het OV te bereiken zijn. ‘Dan is er sprake van een goed woonservice gebied en dan kúnnen mensen ook echt langer thuis blijven wonen’, aldus Duivenvoorden. Dit is nu vaak niet het geval, ‘In Amsterdam moet een ov-halte op 800 meter afstand te bereiken zijn, dit is veel te ver voor ouderen’.
Veel voorzieningen verdwijnen doordat de collectieve steun is verdwenen. Duivenvoorden: ‘Bejaardentehuizen en maatschappelijke voorzieningen werden vroeger gesubsidieerd. Nu is er vaak zelfstandige huur met losse thuiszorg. Kijk naar de restaurantfuncties in deze voormalige collectieve huizen. Die kunnen niet langer openblijven. De businesscase voor deze gebouwen is niet meer houdbaar.’
Drempels in de openbare ruimte
Naast het gebrekkige woon- en voorzieningenniveau spelen er veel vraagstukken in de openbare ruimte. Zo is er in de stad vaak een tekort aan looproutes met genoeg bankjes. ‘En zijn deze looproutes überhaupt beloopbaar voor ouderen? Vaak zijn er te hoge stoepen’, constateert Duivenvoorden. Ook verkeersveiligheid is een issue. ‘Veel meer 70-plussers onder dodelijke verkeersslachtoffers’, kopte het AD woensdag nog. De gemeente Rotterdam constateerde dat er opvallend veel 70-plussers onder de verkeersdoden zijn. Daarnaast noemt Duivenvoorden nog een voorbeeld waar vaak niet over nagedacht wordt ‘demente mensen hebben behoefte aan een sterk herkenbare openbare ruimte, daar moet ook meer rekening mee worden gehouden.’
Driehoek
‘Hoe lossen we dit op? Er zijn drie kanten in dit verhaal. Als eerste de sociale en maatschappelijke zorgkant, als tweede de ruimtelijke toegankelijkheid en als derde de woning zelf’, aldus Duivenvoorden. Hoe je dit goed samenbrengt? Dat is volgens Duivenvoorden in de eerste plaats een organisatorisch vraagstuk: ‘We moeten samen aan de slag; gemeenten met zaken uit de Wmo, wijkverpleging uit de Zorgverzekeringswet, zorg vanuit de Wet langdurige Zorg, mantelzorgers en de doelgroep zelf: de bewoners. Maar ook partijen als woningcorporaties spelen een belangrijke rol. Naast het aanbod van geschikte woningen, kunnen corporaties ook een rol pakken in sociale netwerken.’ Een aantal woningcorporaties pakken dit al goed op, zoals Laurens Wonen in Rotterdam, Complex Portaal in Leiden en Woonpartners Midden Holland in Gouda, zegt Duivenvoorden. De corporaties werken met methode Studio Bruis – Samen Buurten, om het wonen in een wooncomplex te laten groeien naar bruisende woongemeenschappen.
Woonzorgvisie
Duivenvoorden benadrukt de behoefte aan nieuwe woonconcepten, ‘Te denken valt aan nieuwe woonvormen en woongemeenschappen die wat weghebben van bejaardentehuizen. Zoals appartementengebouwen waar een community ontstaat. Een samenwoonvorm voor alleenstaande senioren en mantelzorgers.’ Om alle nodige sociale én ruimtelijke transities te bereiken is een duidelijke gemeentelijke visie nodig. Dit staat volgens Duivenvoorden hoog op de agenda. Ze wijst op de gemeenten Arnhem en Rotterdam, die het goede voorbeeld geven. ‘Gemeente Arnhem heeft de visie ‘levensloopgeschikt wonen’, Rotterdam heeft een programma Langer thuis ontwikkeld die veel aandacht vestigt op zelfstandig wonen.’
Wie kunnen zich aanmelden voor het innovatieprogramma?
Het programma van Platform31 levert kennis, inzicht en praktijkvoorbeelden op voor beleid-, strategische en procesprofessionals van gemeenten, corporaties, welzijnsorganisaties, zorgaanbieders en bewonersinitiatieven verbonden aan een wijkcoalitie.
U kunt zich hier aanmelden
In de stad spelen veel transities. Verdichting, klimaatadaptie, digitalisering en dus ook vergrijzing: de demografische transitie. De openbare ruimte accommodeert al deze transities. Dit biedt nieuwe mogelijkheden, ook voor kwetsbare groepen. ‘Zo kun je warmtestress voor ouderen verminderen door het creëren van schaduwplekken in de openbare ruimte’, aldus Duivenvoorden. Dit hangt samen met klimaatadaptie en verdichting van de stad. E-health biedt nieuwe digitale zorgmogelijkheden speciaal voor deze kwetsbare groepen. Mogelijk ook in de openbare ruimte. Op het Landelijk Congres Openbare Ruimte onderzoeken we deze verbinding. We zijn nu druk bezig met het vormgeven van dit programma, hou ons in de gaten!