Leeglopende binnensteden zijn een landelijk fenomeen, maar in de ene regio is problematiek evidenter en urgenter dan in de andere. In Drenthe ging het lange tijd niet goed. In 2016 had de retailsector daar gemiddeld de hoogste percentages leegstand van Nederland. Assen was koploper, met 29 procent leegstand. Coevorden, Meppel en Emmen volgden met respectievelijk 24, 23 en 20 procent. Tijd dus voor actie.
3 x 13 miljoen
In 2016 formuleerde de provincie in samenwerking met de nationale Retailagenda de regionale Retailagenda Drenthe. Centraal daarin staan de inzet van marktpartijen, het Strategisch Vastgoedfonds en concentratie van winkelgebieden. Hiervoor is een binnenstadfonds van 13 miljoen euro in het leven geroepen. Het fonds is door de inzet op marktpartijen geen soloproject van de provincie. Con Zaat, ruimtelijke strateeg bij Provincie Drenthe, vertelt: ‘Een randvoorwaarde voor financiering uit het fonds is dat de gemeente en de markt ook evenredig bijspringen. Zo wordt 13 miljoen verdrievoudigd tot bijna 40 miljoen euro.’ Verder zijn de randvoorwaarden relatief breed geformuleerd. Zaat: ‘De enige andere eisen zijn dat een binnenstadplan bijdraagt aan een robuuste, toekomstbestendige en compacte binnenstad en dat het aansluit bij de lokale identiteit en afbouw van winkelmeters. Met deze voorwaarden is voldoende ruimte voor een gemeentegerichte benadering.’
Met het geld uit het fonds worden nu zeven verschillende binnenstadplannen in zeven gemeenten ondersteund. Deze gemeenten zijn Hoogeveen, Emmen, Meppel en Assen (te onthouden met het ezelsbruggetje HEMA) en Roden, Beilen en Coevorden (ook te onthouden met een ezelsbruggetje: RoBeCo). Het beschikbare bedrag verschilt per gemeente. Zaat ligt toe: ‘De hoogte van het bedrag is afhankelijk van de grootte van de opgave en van het inwoneraantal van de gemeente.’ In totaal heeft de provincie nu 12.250.000 euro verdeeld. Zaat: ‘De gesprekken met Roden over hun aanvraag zijn in een afrondend stadium. De verwachting is dat einde van dit jaar het volledige bedrag beschikbaar is gesteld. Hiermee lopen we een jaar vooruit op de oorspronkelijke planning.’
Leegstand in Assen. Foto: Provincie Drenthe
Uiteenlopende aanpakken
Twee jaar nadat de eerste stappen werden gezet, begint de aanpak zijn vruchten af te werpen. Belangrijk daarbij is de opzet van het fonds. De brede formulering van eisen heeft voor variëteit in de zeven binnenstadsvisies gezorgd. Zaat: ‘Een deel van het fonds is beschikbaar voor transformatie. Leegstaand winkeloppervlak krijgt een nieuwe invulling, bijvoorbeeld in de vorm van woningbouw. In een krimpregio als Drenthe is dat niet altijd even makkelijk, dus het fonds kan waar nodig bijspringen om de businesscase sluitend te maken.’ In Meppel vinden we een voorbeeld van een dergelijke transformatie. Zaat: ‘Een van de meest sprekende projecten is de verbouwing van winkelcentrum de Keyserstroom in Meppel en de herinrichting van de aangrenzende Kruisstraat. Hier wordt circa 6.000 m2 winkelvloeroppervlakte getransformeerd tot bioscoop en horeca. De opening wordt nog voor het einde van het jaar verwacht.’
Nu al een succes
Het uiteindelijke doel van de provincie is om samen met de gemeenten een levendige regio te creëren. Zaat: ‘We willen de leefbaarheid van de regio verhogen, op zowel economisch als sociaal gebied. Dat bereiken we met bruisende binnensteden, die als regionale centra fungeren en voorzien in de behoeften van het omliggend gebied.’
Volgens Zaat zullen de tussentijdse officiële resultaten van de zeven projecten later dit jaar bekend worden, maar hij durft nu al te zeggen dat de Drentse aanpak een succes is. ‘Door de cofinanciering is heel erg het idee ontstaan dat we dit samen doen. Het zorgt er voor dat de neuzen de zelfde kant op staan, dat de betrokken partijen achter de plannen staan. De opgave heeft vanuit de provincie focus gekregen en leeft nu onder gemeenten. Zij willen aan de slag en ontdekken nu ook dat ze zelf een hoop kunnen.’
Andere provincies tonen interesse
Tot nu toe is Drenthe de enige Nederlandse provincie die met een dergelijk fonds werkt, maar volgens Zaat is er wel interesse onder de andere provincies. ‘Er is veel belangstelling voor deze methodiek met co-financiering. We zijn niet de enige regio die met krimp en leeglopende binnensteden worstelt, maar onze aanpak is wel uniek. Dat trekt aandacht.’ Uiteindelijk doel is dan ook om de lessen uit Drenthe te delen met andere gebieden in Nederland. De Retailagenda speelt een rol bij het delen van die lessen. Kim Ruijs, projectleider Regionale afstemming bij Retailagenda: ‘We willen regionale samenwerking promoten en de opgedane kennis breed verspreiden. De Retailagenda helpt hierbij, we treden op als kennismakelaar en gaan met elke provincie om tafel onder andere dit soort initiatieven te bespreken.’