Dat meldt dagblad Trouw. Op dit moment is de provincie Limburg zes windmolens rijk, die samen 12 Megawatt aan stroom leveren. Daarmee produceert de provincie de minste groene energie van alle Nederlandse provincies. Dat terwijl de provincie als doel heeft om per 2020 95,5 Megawatt groene energie op te wekken.Limburg moet dus nog een flinke groene slag slaan en de provincie kan het zich niet veroorloven om windprojecten te weigeren.
Dat weigeren deed Venlo wel. Protesterende omwonenden en de gemeenteraad vreesden volgens Trouw voor overlast en gezondheidsrisico’s, dus zei de gemeente in 2017 ‘nee’ tegen een gepland windmolenpark van 30 Megawatt. Hiermee leken de plannen voor de turbines, die door energiebedrijf Etriplus gebouwd zouden worden, definitief van de baan, maar het provinciebestuur greep in,
‘Dit wil het provinciebestuur niet laten gebeuren,’ beargumenteren de Gedeputeerde Staten van Limburg tegen Trouw. ‘Een serieus windmolenpark in de prullenbak gooien, is niet uit te leggen. Het Klimaatakkoord van Parijs en de recente beslissing tot het stopzetten van de aardgaswinning in Groningen vragen om een drastische reductie van het gebruik van fossiele energie op korte termijn,’ aldus het bestuur in Trouw.
En dus startte de Limburg een procedure om er voor te zorgen dat Etriplus alsnog kan gaan bouwen. Wel belooft gedeputeerde Bob Ruers (SP) dat de bewoners van Venlo en hun zorgen serieus worden genomen. Ruers ging zelf eerder morrend akkoord met de windmolens. Die terughoudendheid is begrijpelijk: Daan Prevoo, Ruest voorganger, was uitgesproken voorstander van het windmolenpark. Dat werd hem uiteindelijk fataal: in april dit jaar stapte Prevoo mede om deze kwestie op uit het statenbestuur.