Lees hier het pleidooi van Venhoeven en collega-stadsexperts:
De toekomst van de stad – aanzet tot een CIAM van de 21ste eeuw
Reactie Paul Schmitz, organisatie-adviseur
'Sterk staaltje luchtfietserij. Buiten de grote steden zal de auto een zeer dominante factor blijven en waarschijnlijk nog belangrijker worden. De toekomst is namelijk aan het individueel vervoer van deur tot deur. Dat zal over een paar jaar voor een groot deel per autonome auto van een fleetowner plaatsvinden. Daardoor zal de bestaande wegcapaciteit zeker nodig blijven. Hooguit zal de benodigde parkeerruimte minder worden, omdat deze voertuigen zichzelf compact kunnen opslaan in een remise. Individueel vervoer zal zo goedkoop worden dat het geen zin meer heeft om met de trein te gaan, afgezien van degenen die gratis reizen zoals studenten en scholieren.
Inzake het buurtleven zie ik kibboets-achtige vergezichten. Dat gaat in 80% van de buurten niet werken.
En wat betreft het opwekken van energie beginnen we alweer weg te drijven van kleinschalige installaties, die voor verrommeling van het landschap zorgen en niet kostenefficiënt zijn in vergelijking met grote installaties en windmolenparken. Luister ook eens naar het pleidooi van Jan Dirkmaat hierover.'
Reactie Klaas Mulder hoofddocent Toekomstbeelden van de stad, Hogeschool Utrecht
"Zo’n twintig jaar geleden maakte ik kennis met de wereld van de stedelijke vernieuwing. Als ‘neutrale’ buitenstaander (ik studeerde muziek en filosofie) viel het me op dat er naast de vermaledijde functiescheiding een veel ernstiger vorm van vierdeling plaatsvond in de wereld van de stedenbouw: fysieke professionals trokken steeds meer de regie naar zich toe (zo hernoemde VROM zichzelf ooit tot ministerie van wonen, wijken en integratie) en leken steeds meer de wijsheid in pacht te hebben over het samenleven van mensen. Deels lag dat aan de sociale, economische en juridische wereld, die nauwelijks interesse leek te hebben in de toekomst van de stad. Maar voor minstens zo’n belangrijk deel was het een ordinair machtsspel van ruimtelijke ‘baasjes’ die meenden dat het paradijs alleen door architecten kon worden ontworpen.
Mensenkennis essentieel
Als we de stedeling van de toekomst willen accommoderen met een ruimtelijke omgeving, zullen we moeten erkennen dat mensenkennis – in brede zin, dus ook kennis van de mens als patiënt, als mantelzorger, als werkende of werkloze, als migrant, als kunstenaar, als ondernemer of als kiezer – aan de basis moet liggen van elk ontwerp. Dat het anno 2018 nog bestaat dat een groep ruimtelijke experts, ondersteund door ruimtelijke ministeries en (naar ik vermoed de ruimtelijke diensten van) grote gemeenten doen of ze weten hoe de mens van morgen wil, kan en moet leven getuigt niet van toekomstzin, maar van een heel belegen opvatting over de rolverdeling tussen ruimtelijke, sociale, economische en juridische experts.
Opheffen functiescheiding
Het opheffen van functiescheiding zou nuttig kunnen zijn (overigens, ook dit is al een thema dat al twintig jaar hip gevonden wordt, dit hele stuk getuigt meer van nostalgie dan van een visie op de toekomst); maar eerst moet de kennis- en machtsscheiding worden opgeheven die zelfbenoemde experts de ‘ruimte’ geeft om te doen of de stad van hun is. Fysieke arrogantie is het laatste wat we nodig hebben. Overigens, meestal gaat het om heel aardige mensen, maar ze zijn vaak onbewust onbekwaam inzake de complexiteit van de sociale, economische en juridische werkelijkheid."
Lees ook: De toekomst van de stad – aanzet tot een CIAM van de 21ste eeuw