De groep is met 160.000 ingeschreven Polen in een korte periode uitgegroeid tot de zesde migrantengroep in Nederland. Het blijkt dat 75 procent van de Poolse migranten die na 2004 zijn ingeschreven over vijf jaar nog steeds in Nederland denkt te wonen. Negentien procent van de Poolse migranten geeft aan terug te willen keren naar Polen en daar te blijven wonen. Dit blijkt uit het SCP-rapport.
Woningtekort
De meeste Polen wonen in het westen en zuiden van Nederland. De vraag naar huisvesting voor arbeidsmigranten in de provincie Noord-Brabant is dan ook hoog.
Daarnaast neemt het aantal Poolse gezinnen in Nederland toe, in 2005 had dertig procent van de na 2004 gemigreerde Poolse paren één of meer kinderen, in 2017 is dat toegenomen tot vijftig procent.
Lage werkloosheid
Van alle gemigreerde Polen heeft driekwart een betaalde baan. Dit aantal is ongeveer gelijk aan het aantal autochtone Nederlanders met een betaalde baan, namelijk 77 procent. Polen zijn wel twee keer zo afhankelijk van een flexibele arbeidsrelatie en werken vaak meer dan 35 uur per week. Daarnaast werkt ongeveer 47 procent van de Polen in banen op het laagste beroepsniveau, van de autochtone Nederlanders werkt 22 procent op dit beroepsniveau.
Interessant is dat van alle Poolse migranten 1,8 procent een bijstandsuitkering heeft, bij de autochtone Nederlanders ligt dat hoger, namelijk 2,3 procent. Dit lage percentage heeft onder andere te maken met de hoge arbeidsoriëntatie van Poolse migranten, stelt het SCP.
Het onderzoek is uitgevoerd op verzoek van het ministerie van SZW, hiervoor zijn ongeveer 1.100 Poolse migranten ondervraagd. Er is dus geen beeld van de niet-ingeschreven Poolse arbeidsmigranten.
Lees ook dit interview met de provincie Brabant: Brabants woningaanbod voor arbeidsmigranten blijft veel te laag