1. Jullie zijn het dichtstbebouwde stukje Nederland met weinig openbaar gebied. Rijmt dat wel met duurzaamheid?
‘Het is eigenlijk dubbel. Vanuit een duurzaamheidsperspectief ben ik zelf geen groot voorstander van hoogbouw en juist wel van meer openbaar groen, ook op de Zuidas. Maar een hogere fsi (floor space-index, red.) creëert omgekeerd juist weer kansen om met innovaties duurzame doelen te bereiken. Nergens is de financiële opbrengst per gerealiseerde vierkante meter bvo (bruto vloeroppervlakte, red.) zo hoog als op de Zuidas. Die opbrengst kun je inzetten voor het nemen van slimme watermaatregelen.’
2. Aan wat voor maatregelen kun je zoal denken?
‘Dat blijft in eerste instantie groen in het openbaar gebied. Maar de ruimte daarvoor is beperkt. Eventueel overtollig regenwater kan nog een tijd worden vastgehouden, bijvoorbeeld in watervertragende groenstroken die we twee jaar geleden hebben aangelegd. Maar ook daarvoor is de ruimte uiteindelijk beperkt. Ontwikkelaars treffen daarom dure, maar effectieve maatregelen zoals dakgroen en ondergrondse wateropslag. Bij daken onder de 50 meter is intensief dakgroen met een stevige grondlaag een verplichte vereiste. Het adsorbeert niet alleen water, maar tevens hitte. Het is wel zaak dat je eisen als deze in de uitvraag voor een aanbesteding opneemt. Gezien de te verwachten opbrengst is dat zeer goed te verantwoorden.’
3. Welke norm hanteren jullie ten aanzien van regenwater?
‘Voor nieuwbouw is de eis dat er bergingscapaciteit is voor 60 millimeter neerslag in 24 uur. Ter vergelijking: een doorsnee zware bui is 20 millimeter. Maar tijdens de wolkbreuk in Amsterdam op 28 juli 2014 viel 90 millimeter regen. Dat was een uitzonderlijke situatie. Met 60 millimeter zitten we in elk geval ruim boven de wettelijke norm van 20 millimeter.’
4. Als de voorspelling van het KNMI klopt dat we in de toekomst vaker hoosbuien van 60+ millimeter krijgen, houdt de Zuidas het dan droog?
‘Zekerheden kunnen we niet bieden, al doen we ons uiterste best zoveel mogelijk voorzieningen te treffen. Vandaar dat we zowel in de openbare ruimte als op de kavel werken aan deze opgave. We hebben natuurlijk altijd te maken met conflicterende ruimteclaims en het is juist de kunst om te zoeken naar mogelijkheden voor dubbel ruimtegebruik.’
5. Zoals?
‘De parkeergarage met ruimte voor wateropslag is daar een prachtig voorbeeld van. Ik sluit bovendien niet uit dat door de ontwikkeling van autonoom rijden de vraag naar parkeerruimte afneemt. Dat zou betekenen dat er dure, ondergrondse ruimte vrijkomt voor andere doeleinden. Wateropslag bijvoorbeeld.’