Enige jaren terug bezocht ik een bijeenkomst in Het Nieuwe Instituut over de invloed van Playboy op de architectuur. Die blijkt niet gering. Hefner-interieurs belandden in James Bond-films en daarmee in de huiskamer van de stijlbewuste woonconsument. Maar zijn belangrijkste wapenfeit voor de stedelijke ontwikkeling was de ontdekking van stedelijke singel, die hij vanaf 1953 bediende met een nieuw lifestyle magazine: Playboy. En misschien nog wél belangrijker: de herontdekking van de stad als aantrekkelijke woonplaats, terwijl gezinnen haar massaal de rug toekeerden.
Loft living een uitvinding uit de jaren ’80? Niets van waar. Hefner kwam al in de jaren ’60 met zijn concept voor Playboy’s apartment. Interieurs vulden in die jaren nog de pagina's van Playboy. De playmates kwamen daar later bij.
Mijn collega Jeroen Bruinenberg schreef er een prachtig stuk over in Vitale Stad, dat nog steeds te raadplegen is in ons archief. Een fijn detail betreft de open keuken, die Playboy aan de man bracht. ‘In een open keuken kun je namelijk in de gaten houden dat je verovering niet ineens de benen neemt, terwijl jij een martini inschenkt. Dat zijn nog eens nuttige tips.’
Lees hier het artikel van Jeroen Bruinenberg over Playboy's apartment