De Wet geluidhinder is ontstaan in de jaren 80. Meer dan een hele generatie is groot geworden met wetgeving die geluidhinder moet inperken. Dat is niet gelukt, vooral door de toename van lawaaibronnen. Wel heeft de wet ervoor gezorgd dat zodanig in reductiemaatregelen is geïnvesteerd dat de geluidhinder niet is toegenomen. In 2012 is de Wet milieubeheer aangepast (Swung-1). Met deze wetswijziging is sluipende groei van het geluid niet meer mogelijk zonder dat maatregelen worden afgewogen en uiterlijk in 2020 dienen saneringsplannen voor rijksinfra opgesteld te zijn.
Binnenkort volgt Swung-2 met nieuwe regelgeving voor decentrale infrastructuur, industrieterreinen en geluidgevoelige objecten. Toch leidt ook de herziene wetgeving niet tot een grootschalige reductie van geluid- hinder. Over Nederland wordt de ‘geluidsdeken’ met wettelijk toegestane geluidsniveaus daardoor steeds groter. Bij woningen waarbij de geluidbelasting (net) onder de maximale waarde is van 65 dB (voor spoor) of 60 dB (voor rijkswegen), blijft de inzet beperkt tot handhaving van de status quo.
Voor recreatie- natuur- en stiltegebieden hoeven wettelijk geen maatregelen te worden getroffen en is er een grote kans dat het geluid langzaam verder zal toenemen. Gevolg is dat, naast de overlast en effecten op de gezondheid, er bovendien steeds minder plek is voor stilte en rust.
Participatie
Opmerkelijk is dat bewoners zich nog weinig roeren als het gaat om het tegengaan van geluidhinder. Dat komt mede omdat de overheden - ondanks sluimerende onvrede - vrij weinig interactie met hen zoeken. Jammer, want contacten met bewoners helpen de problemen te benoemen. Daarmee ontstaat ook meer draagvlak om budget vrij te maken voor oplossingen. Participatie organiseren is nog eenvoudiger als dit gedaan kan worden in een lopend project. Betrek omwonenden dan ook in een vroeg stadium, inventariseer ideeën en duid vooraf een beschikbaar budget voor leefbaarheidswensen.
Voor het tegengaan van geluidshinder hoeft een gemeente of provincie natuurlijk niet met de handen in het haar te zitten. Zo verplicht ‘Brussel’ om elke vijf jaar een geluidskaart maken en daarna een actie- plan. De geluidskaart is tegenwoordig vrij eenvoudig te maken en geeft een algemeen beeld van de situatie. Het actieplan is inte- ressanter, alleen is een juridische verplichting voor ambitieuze maatregelen niet opgelegd. Mede daardoor kan helaas vaak worden volstaan met het vastleggen van een kader waarin staat dat iets als stil asfalt er eventueel komt op een moment dat toch groot onderhoud nodig is.
De Omgevingswet biedt binnenkort nieuwe kansen om de overlast te verminderen. Kern van de wet is namelijk om de gezondheid van burgers te beschermen. Overheden dienen bij plannen duidelijk te maken op welke wijze dat gebeurt, ook voor het aspect geluid. Gemeenten krijgen in de Omgevingswet ook een grotere vrijheid en verantwoordelijkheid om invulling te geven aan de wet. Dat betekent dat zij om gezondheidsredenen soms verder moeten gaan dan het louter op basis van de wettelijke geluidsnormen de geluidsdeken in stand houden. Het feit dat bewoners steeds meer te weten komen over de gezondheidseffecten door geluidhinder zal allicht de aandacht voor dit dossier op de politieke agenda vergroten.
Veilig of ambitieus
Binnen hun mogelijkheden hebben gemeenten en provincies, al dan niet wettelijk opgelegd, tal van ingangen om iets te doen aan alle overlast. Veel hangt echter af van hun ambitieniveau. Neem een groot blok huizen waar de bewoners duidelijk last van geluid hebben: waarom dan nog tien jaar wachten met stil asfalt? Wordt er hard gereden? Wellicht kun je dan snelheidsbeperkende maatregelen invoeren. Niet alleen voor de verkeersveiligheid, maar (ook) vanwege geluid.
Nabij scholen of fastfoodzaken hebben mensen vaak last van scooters. Op de geluidskaart zijn ze niet te zien. Er zijn al diverse steden, waaronder Utrecht en Arnhem, met initiatieven die met succes de elektrische scooter als alternatief hebben laten inzetten voor maaltijdbezorgers of forenzen. Samen met ideeën en initiatieven van bewoners zijn er nog volop andere maatregelen te bedenken. Maak daarom gebruik van het actieplan om met een en mix van deskundigen samen beleidsvoorstellen te maken.
Moet de ringweg verbreed worden? Zelfs als een geluidswal volgens de normen niet nodig is, kan zo’n wal veel effect voor de gezondheid opleveren. Daarbij ontstaat meerwaarde door de geluidmaatregel te integreren met bijvoorbeeld de aanleg van zonnepanelen of een mooi kunstwerk. Zorg voor beleid waarbij elke nieuwbouwwoning minimaal één stille gevel heeft (doorgaans een cumulatieve geluidbelasting van minder dan 50 dB), want geluidhinder vermindert dan meer dan je zou verwachten op basis van de decibels.
Laat in een vroeg stadium de stedenbouwkundige goede ‘soundscapes’ in het proces omarmen. Daarbij zijn de vorm van onder meer gebouw, woonblokken en vegetatie zodanig dat een gezonde leefomgeving voorop staat. Tevens is het van belang te realiseren dat goede bereikbaarheid niet hoeft te betekenen dat je overal met de auto via de kortste route moet kunnen komen.
Een mooi voorbeeld is hoe de Vervoersregio Amsterdam de ‘barometer wegennet’ heeft gemaakt. Daarin worden zowel bereikbaarheid, leefbaarheid als veiligheid beoordeeld. Daarnaast kunnen thema’s gecombineerd worden door aan te sluiten bij een Actieplan Luchtkwaliteit of bij landelijke projecten als de Slimme en Gezonde Stad (www.slim- meengezondestad.nl) en diverse Green Deals (www.greendeals.nl). Een ander positieve trend is dat steeds vaker bij milieustudies de gezondheidsaspecten rond geluid vrijwillig in beeld gebracht worden als DALY’s: Disability Adjusted Life Years.
Handschoen oppakken
Kortom: met de nodige ambitie, zorgvuldigheid en communicatie zijn genoeg mogelijkheden om binnen en buiten de betreden paden te komen. En daarmee de grote lokale kansen te pakken die leiden tot een gezonder geluidklimaat dan de wet ons minimaal voorschrijft. Laten we die handschoen oppakken!
Ruben van Moppes en Frank Elbers
dBvision