Wordt de discussie over de grote woningbouwopgave wel op het goede niveau gevoerd? Er gaan steeds meer stemmen op dat er een rol is weggelegd voor de overheid om te sturen, de samenwerking te bevorderen en te investeren. Onder de noemer ‘Wie neemt de regie’ spreek ik komende weken met beleidsmakers, politici, ontwikkelaars, investeerders en corporaties. De reeks zal opgevolgd worden door een einddebat in Pakhuis De Zwijger.

1. Wat is uw visie op de grote woningbouwopgave en de rol van binnenstedelijk bouwen daarin?

'Ik vind het belangrijk om te intensiveren, zodat we genoeg draagvlak voor voorzieningen op gang krijgen. Die komen er niet zomaar, kijk maar naar IJburg, het duurt jaren voordat stedelijkheid ontstaat, daar heb je massa en dichtheid voor nodig.

Tegelijkertijd moeten we de hoge kwaliteit van onze leefomgeving koesteren. In China zien ze de Randstad als stad met een park. Groen is altijd nabij. Die kernkwaliteit moeten we goed bewaken.

Het zijn tot slot niet alleen de bouw, natuurorganisaties en de agrarische sector die een claim op de ruimte leggen, dat geldt ook voor de energietransitie. Er is een totale onderschatting van wat het betekent als we afstappen van fossiele brandstof. Als we de doelen van Parijs ook echt binnen de landsgrenzen willen oplossen, zoals het wel geformuleerd staat, dan hebben we alle ruimte nodig.’

2. Een hoge urgentie dus, onderschijft u dan ook de oproep van Karin Laglas dat de nationale overheid regie moet terugpakken om de woonopgave in goede banen de leiden?

‘Ik onderschrijf dat de ruimtelijke vraagstukken de gemeentegrenzen overstijgen, en we die niet oplossen met het zoveelste regionale bestuursorgaan, dat is al zo vaak geprobeerd. Er ligt dus zeker een taak voor ons. Tegelijkertijd is bepaald dat de lokale overheden het primaat hebben. Ik ben wel voor het zo laag mogelijk neerleggen van de verantwoordelijkheid van de opgave. Daarvoor hebben we een Ladder van duurzame verstedelijking. Gemeenten zijn verplicht die ladder te hanteren. Daarmee hebben we dus een alternatief sturingsmechanisme.

Maar er komt een moment dat de gemeentelijke financiële slagkracht het laat afweten, bijvoorbeeld bij grote investeringen in bereikbaarheid. Dan komen wij vanzelf weer in beeld. Er bestaat een infrafonds waarmee we kunnen sturen, maar dat inzetten is momenteel nog vloeken in de kerk.’

3. Kan je sturen zonder integrale visie? Gezien de opgaven die u noemt, lijkt me dat een hachelijke zaak

'De nationale ruimtelijk agenda heeft de afgelopen jaren van politiek Den Haag geen prioriteit gekregen. Maar om urgente opgaven zoals de klimaatopgave op te pakken, heb je een integrale visie nodig. Er zijn onzettend veel stakeholders en sectoren waar je van afhankelijk bent. We zijn momenteel druk bezig met de Nationale Omgevingsvisie (Novi), waarin een aanzet wordt gegeven tot een oplossing. Ook de woningopgave staat erin genoemd, maar niet als sectorale opgave. Wonen is een groot belang, maar ander belangen zijn niet per se minder belangrijk. De kunst is om belangen aan elkaar te knopen. Daarvoor is het hebben van een integrale visie zelfs cruciaal.’

4.  Er wordt de laatste tijd erg gewezen naar de rijksoverheid als sponsor van binnenstedelijke gebiedsontwikkeling. Volgens het ‘Manifest Binnestedelijke Gebiedstransformaties’ moet er per gerealiseerde woning 25.000 euro bij…

‘Ik zou dat graag weerleggen. Sterker: ik denk dat binnenstedelijk bouwen goedkoper is dan bouwen in de wei, doordat je tot op zekere hoogte kunt leunen op bestaande infra. Met het ministerie van BZK zijn we momenteel bezig een en ander inzichtelijk te maken, met een eigen berekening. Maar bij complexe gebiedsopgaven kan natuurlijk altijd blijken dat er geld bij moet. Als het aanbod van sociale woningbouw tekort schiet, dan is het afhankelijk van de coalitie, of dat gezien wordt als een probleem. Maar als het gaat om de bouw van koopwoningen dan is het antwoord niet zo moeilijk, daar hoeven wij toch niet aan bij te dragen?'

5. Hoe zit het eigenlijk met de beschikbaarheid van rijksgeld?

‘Van de kant van het rijk wordt altijd snel gezegd dat er geen geld is. Met andere woorden: het geld is het probleem. Maar geld is geen probleem, ik zie geld als een oplossing. Er is ook genoeg. Het is alleen een politieke keuze waar je het voor inzet. Het serieuze gesprek is dat we het geld ook moeten inzetten om reële problemen aan te pakken. Met die legitimatie kunnen we daarmee financiële ruimte scheppen om kwaliteit op de juiste plekken te genereren'.

6. Welke rol ziet voor uzelf weggelegd om uw visie te verwezenlijken?

Het zou heel goed kunnen dat we wel gaan sturen met infrastructuur, dat is afhankelijk van wegingen in de Novi. Die is alleen bindend voor het Rijk, maar als we die samen maken, dan is er meer draagvlak. De Novi adresseert ook strategische vraagstukken zoals wonen, infra, milieu, RO, water en cultureel erfgoed. Het eerste deel is gemaakt, dat is voornamelijk een inventarisatie, de tweede fase biedt verdieping op thema’s in het derde deel presenteren we beleidsscenario’s, politieke keuzes en de samenhangende vragen.’

7. Kunt u drie punten noemen die onderdeel moeten uitmaken van een agenda voor stedelijk bouwen? En wie moeten daar de regie in voeren?

'Bereken wooninvesteringen integraal met kosten voor infra en omgeving. Gemeenten moeten de ladder van duurzame stedelijke ontwikkeling ook gebruiken om tot regionale samenwerking te komen, en wij moeten aan de slag om samen met lokale partijen de omgevingsvisie verder vorm te geven.'

8. Tot slot, willen we dit verder brengen, met wie moet ik in het vervolg van deze reeks echt gaan praten?

Ik zou graag de mening horen van een partij die actief investeert in de stad, ga eens praten met Wienke Bodewes, algemeen directeur van Amvest.