Of ontmoetingen in de openbare ruimte tot stand komen, daar valt over te twisten. Volgens Bas Haring in elk geval niet. De volksfilosoof rekende op het Landelijk Congres Openbare Ruimte enkele jaren geleden hardhandig af met het beeld van de openbare ruimte als ontmoetingsplek, daarmee de goedbedoelende openbare ruimte-ambtenaren in verwarring achterlatend, precies zoals we van hem vroegen.
Cohesie
‘Ik heb nooit vrienden gemaakt op straat’, bezwoer de filosoof. Mensen op straat blijven volgens Haring doorgaans volkomen vreemden voor elkaar. En onbekend maakt onbemind, zou ik daar aan willen toevoegen. Als het echt zo is zoals Haring stelt, dan is dat heel erg jammer. Zeker in deze tijd waarin polarisatie hoogtij viert of lijkt te vieren.
In dat licht komt de tentoonstelling ONTMOETEN – een initiatief van Hans Leeflang – niet op een beter moment, mede ook omdat onze steden voor een grote transitieopgave staan. ‘De komende 25 jaar zal ons land weer op de schop gaan. We zullen bouwen aan circulaire steden en een circulair land, met 100% duurzame energie en voldoende ruimte om water tijdelijk op te slaan. Die verbouwing van Nederland biedt kansen om de kwaliteit van onze pleinen, straten en plantsoenen te verhogen en de mogelijkheid op ontmoeten, met jezelf, bekenden en onbekenden te vergroten', staat in de toelichting op de op te tentoonstelling.
Fysiek ontmoeten
En openbare ruimte wordt juist steeds belangrijker als fysieke ontmoetingsruimte, lees ik verder, en dat heeft alles te maken met opkomst van de digitale ruimte die binnenkort met G5 weer een vlucht neemt. ‘Het ideaal van sociaal inclusieve steden en een sociaal inclusief land lukt in de informatiesamenleving alleen als we moeite doen om mensen van “buiten onze bubbel” te ontmoeten’, schrijven de samenstellers van de tentoonstelling, waar kunstenaars, ruimtelijke professionals (architecten/ stedenbouwkundigen), sociaal veranderkundigen en middelbare scholieren hun visie op het ontmoeten in de openbare ruimte van morgen schetsen.
"Pokémon Go was eigenlijk de eerste geslaagde digitale straatinterface"
Een van de deelnemende kunstenaars is Constant Dullaart. Hij pleit in zijn geluidskunstwerk 'Balcony Manifest' voor meer private en echte publieke ruimte in de digitale wereld. In de 'vlinder campagne' op Facebook wordt inmiddels de aandacht getrokken voor de tentoonstelling door een eerste kennismaking met de deelnemers via vlogs.
Sta-in-de-weg
We moeten de fysieke openbare ruimte zeker niet tegenover de virtuele ruimte plaatsen. Mensen nemen hun digitale bubbel mee de openbare ruimte in, of dat nu facebook is, een podcast, muziek of gewoon een telefoongesprek in het luchtledige. Het effect is altijd hetzelfde: met de smartphone aan de hand of dopjes in de oren is de openbare ruimtedeelnemer geen deelnemer, maar een hinderlijke sta-in-de-weg. In Engeland bestaat het fenomeen al veel langer: probeer je in Londen iemand op straat staande te houden, dan is de kans groot dat deze je straal voorbij loopt, oordopjes in, capuchon op. Zo lijkt de openbare ruimte haar functie als ontmoetingsplek juist steeds meer te verliezen.
In de trein gaan steeds meer mensen volledig op in hun eigen digitale omgeving, merk ik. Zo liet een mede-reiziger onlangs een spoor van vernieling achter zich, toen hij lopend door het gangpad met zijn rugzak het ene na het andere attribuut uit de bagagerekken serveerde, zonder dat hij het door had. Geërgerd gesteun van andere reizers registreerde hij niet van achter zijn koptelefoon, laat staat dat hij excuses maakte. Wie zelf niets doorheeft, maakt zich ook geen zorgen om de omgeving. Net zoals de bejaarde die niet meer hoort dat het volume van de televisie op 10 staat, waardoor de buren de slaap niet kunnen vatten.
Digitale straatinterface
De uitdaging is volgens mij niet om de openbare ruimte tegenover de digitale ruimte zetten, maar juist te proberen een interface tot stand te brengen tussen de de straat, de trein en de digitale laag erboven. Pokémon Go was wat mij bertreft een eerste geslaagde experiment. Maar je kunt ook denken aan een smoelenboek van een straat. Iedereen die wil ontmoeten, kan zijn of haar profiel open stellen. Of je daarmee bijdraagt aan meer vertrouwen tussen groepen en niet weer een bubbel creëert, dat moeten we zien. Nieuw is dat je de digitale laag zou koppelen aan een geografisch afgebakend gebied, zoals een straat of een plein. En bekend maakt iets minder onbemind. Dat lijkt me winst. Juist met digitale toepassingen kunnen we veel meer uit de openbare ruime halen.